Vieringen

GOUDEN KALF – VERLOREN SCHAAP


GOUDEN KALF – VERLOREN SCHAAP 

Voorganger: Wilton Desmense
Lectoren: Maria Claessens en Albrecht Beeftink
Muzikale begeleiding: Joost Boekhoven en Maria Werner
Cantor: Gerard van de Weijer

Openingslied: Zomaar een dak boven wat hoofden
Welkom
Goede morgen. Fijn om hier weer samen te zijn. Het is het weekend van Open Monumentendag.
Een beroemd Romeins dichter begon ooit een van zijn gedichten met de woorden: ‘Ik heb een monument opgericht, dat duurzamer is dan brons en hoger dan de vorstelijke piramiden.’ Met dat monument bedoelde hij zijn eigen gedichten.
Onze voorouders hebben de Sint-Jan gebouwd. Wij zijn er trots op, zij deden het voor God.
Wat zullen wij zelf voor gedenkteken neerzetten? Wat laten wij na? Waar leven wij voor of voor wie?
Dit is niet de plaats voor een belerend vingertje, niet meer, sinds Johannes XXIII de kerk bij de tijd probeerde te brengen.
Nu gebruiken wij onze eigen vingers om ons af te rekenen op onze eigen daden.
Wel gebruiken wij eeuwenoude verhalen als inspiratiebron of om ons ertegen af te zetten. Waar zullen ze ons vandaag brengen?
Lees meer →

Liturgie 4 sept.2022

 

Liturgie: 4 september 2022

Lezingen 23ste zondag c

Eerste lezing (Wijsh., 9, 13-18b)
Uit het boek Wijsheid
13         Welke mens kent Gods raadsbesluit
of wie vermoedt wat de Heer wil?
14         Want armzalig is het denken van de stervelingen
en wankel zijn onze overwegingen.
15         Het vergankelijke lichaam bezwaart de ziel
en de aarden tent verzwaart  de geest met vele bekommernissen.
16         Wij vermoeden amper de dingen op aarde;
zelfs wat voor de hand ligt
ontdekken wij maar met moeite:
wie onthult er dan
wat er in de hemelen is?
17         Wie zou uw raadsbesluit gekend hebben,
als U de wijsheid niet had gegeven
en uw heilige geest niet
uit de hemel had gezonden?
18         Zo zijn de paden recht gemaakt
van degenen die de aarde bewonen;
zo hebben de mensen geleerd
wat U aangenaam is,
en zijn zij gered door de Wijsheid.’

Evangelie (Lc., 14. 25-33)
Uit het heilig evangelie van onze Heer Jezus Christus volgens Lucas
25         Grote drommen mensen trokken met Jezus mee.
Hij richtte zich tot hen en zei:
Wie naar Mij toe komt, zonder zijn vader en moeder,
zijn vrouw en kinderen, zijn broers en zusters,
ja, zelfs zijn eigen leven te haten,
kan Mijn leerling niet zijn.
27         Wie zijn kruis niet draagt en Mij niet volgt kan Mijn leerling niet zijn.
Als een van u een toren wil bouwen,
gaat hij er toch eerst eens voor zitten
om de kosten te begroten,
om te zien of hij het werk kan voltooien.
Want anders, als hij wel het fundament legt
maar de bouw niet kan afmaken,
zal iedereen die het ziet hem uitlachen
30         en zeggen:
`Hij begon te bouwen, maar afmaken kon hij het niet.’’
Of als een koning ten oorlog trekt tegen een andere koning,
dan gaat hij er toch eerst eens voor zitten
om te beraadslagen of hij sterk genoeg is
om met tienduizend man op te trekken tegen de ander,
die met twintigduizend man op hem afkomt.
Als dat niet zo is stuurt hij,
terwijl de ander nog ver weg is,
een gezantschap naar hem toe
om naar de vredesvoorwaarden te vragen.
Zo kan niemand van u Mijn leerling zijn als hij zich niet losmaakt van al wat hij bezit.

Verkondiging

Credo
Ik geloof in de Geest van leven en liefde,
ver aan mij vooruit, maar ook in mij aanwezig.
Soms noem ik Hem God, maar het liefste
noem ik Haar Schepper.

Ik geloof in mensen, gedreven door de Geest,
die mij vóórleven wat leven betekent
en wat liefde vermag.
Daarom  geloof ik in Jezus en in zovelen anderen
die leefden en leven zoals Hij .

Ik geloof in de gemeenschap van de Geest:
Mensen  die zich  samen oefenen
in recht doen en vrede stichten,
in breken en delen.

Ik geloof in het goede, dat wij nu eens verbergen
dan weer openbaren.
En ik geloof dat het goede dat het kwade zal overleven;
dat niet het laatste woord zal zijn aan de dood,
maar aan het leven en de liefde.

Voorbeden

Slotgebed voorbeden
Dag Licht,

Licht over de velden, er zijn geen woorden voor Jou

Weilanden vergeef mensen hun beperkingen
Doe ons bedenken ,
Hoe genade geschonken wordt

Geduldig water
Maken de vissen het goed
Zwarte aarde
Zul jij van de boer blijven
Vogels en paarden
Zeg ons het vertrouwen niet op
Wilgen op de oeverwal
Wijk niet voor blinde muren

Gras en graan en kiezelstenen
Is onze God wel die van jullie

Gij Ongeziene besta tenminste voor eenzame mensen

Zon van het heelal
Kom binnen in onze ontluisterde straten

Gij Alleroorspronkelijkste
Schep voor ons verzachtende omstandigheden

Collecte

De Tafel

Vredeswens

Tafelgebed: Wat geen oog heeft gezien

Wat geen oog heeft gezien en wat geen oor heeft gehoord
Wat in geen mensenhart is opgekomen
Hebt Gij, God bereid voor allen die U liefhebben,
Gij hebt U geopenbaard als een God die er alles voor over hebt
Als wij mensen maar tot leven komen.

Zoals een moeder haar kind draagt,
Zoals een vader opkomt voor zijn zoon,
Zo zijt Gij voor ons een trouwe God,
Die doet war Gij zegt, die Uw Verbond bewaart.
Ook als ons hart ons aanklaagt, Uw hart is groter dan een mensenhart.
Ook als wij verscheurd worden door onze gebrokenheid,
Uw barmhartigheid kent geen grens.

Brood en Beker

Daarom gedenken wij Zijn lijden en Zijn dood
En in Hem allen die lijden en sterven
Die Zijn weg gaan ten einde toe
En wij roepen Zijn Naam
De Levende
Verrezen voor altijd.

Wij bidden U:
Zend ons Uw heilige Geest, adem ons open
Opdat wij ontvankelijk mogen zijn voor het geheim van iedere mens.
Verwarm ons hart, opdat wij het wonder van ons leven mogen beschermen voor elkaar.
Besproei ons met de dauw van Uw mildheid en mededogen,
Opdat wij elkaar van dag tot dag met nieuwe ogen mogen zien,
Opdat wij elkaars tekorten mogen dragen.
Maak ons krachtig en sterk, opdat wij wegen mogen zoeken van vrede.
Dat ons hart vol mag zijn van Uw gerechtigheid voor allen die leven.
En laat de gezindheid onder ons zijn die was in Hem Jezus, Uw Zoon.
Opdat wij op Hem mogen gelijken in leven en sterven.

Communie

Dankgebed

Wegzending en Zegen

OMZIEN NAAR ELKAAR

OMZIEN NAAR ELKAAR
Voorganger: Maria van den Dungen
Viering 28 augustus 2022

Openingslied: De vreugde voert ons naar dit huis

Welkom allemaal, fijn om vandaag hier te zijn, in deze gastvrije ruimte.
Een uurtje samen luisteren naar oude verhalen, zacht zingen of uit volle borst, bidden, aarzelend of met overtuiging; ieder zoals het bij je past.
Wie de kalender goed heeft bekeken zag dat dit het laatste weekend is van de meteorologische zomer. Oogsttijd
Die zomer waarvan we droomden na corona: een lange mooie zomer waarin we onbezorgd als kinderen de vrijheid zouden vieren met elkaar.
Maar zo werd het niet: de oorlog in Oekraine, de stikstof maatregelen en de harde acties van de boeren, de stijgende prijzen van energie en levensonderhoud en de vluchtelingencrisis in eigen land.
En toch zijn we hier met elkaar, zoekend naar kracht, naar bemoediging, inspiratie, hoop. Laten we dat maar uitspreken:
Lees meer →

Van alle tijden

 

Lectoren: Albrecht Beeftink en Fiet Vreeburg

Muzikale ondersteuning: Maria Werner fluit, Marc Baghuis piano en Gerard van de Weijer cantor

Voorganger: Corrie Dansen

Lees meer →

MARIA VAN ALTIJD DURENDE BIJSTAND

MARIA VAN ALTIJD DURENDE BIJSTAND    14 augustus 2022

Voorganger Heleen Hendrikx
lectoren:  Maria Claassens en Corry Dansen
Volkszang olv  Cantor Machteld Terlingen .
piano  Marc Baghuis
Beeld en montage : Wilton Desmense
     OLV van Altijddurende Bijstand uit Oekraine

Openingslied: Hier wordt een huis voor God gebouwd
 Welkom-
Vrede voor dit huis, voor de mensen die hier komen, door de week en op deze zondagmorgen.  Vandaag gedenken wij Maria’s Altijd Durende Bijstand, we gedenken haar Hemelvaart, en zoals bij een uitvaart gedenken we haar leven: haar geloofskracht, haar  liefde, haar mededogen .. Zij die voor zovele aardbewoners van grote betekenis is. In dit uur staan we stil bij het geheim van haar Geestkracht.  Maria, aardse en hemelse moeder aller mensen. Laten wij vanmorgen beginnen om in haar naam samen biddend deze groet te brengen:   Wees Gegroet
Openingsgebed
Maria, ook wel Moeder van God ik kom tot jou, hier ben ik.
In de stilte spreek ik tot jou over wat mij zorgen baart
Ik tel mijn zegeningen
Ik noem de namen van wie mij o zo dierbaar zijn
S T I L T E
Acclamatie:
een schoot van ontferming

Inleiding op de lezingen
Stemmen uit het verleden mogen door ons opnieuw gehoord worden. Vandaag zijn Maria Claessens en Corry Dansen de lectoren. Maria leest  voor ons uit  psalm 45 en Corry leest ons voor uit het proto evangelie van Jacobus. Lezingen waarin wij  een inkijkje in Maria’s leven nemen.

1e lezing   uit Psalm 45 -150 psalmen vrij Huub Oosterhuis
Mijn hart is in rep en roer, mijn stem roept en valt stil. Mijn pen houdt de woorden niet bij die opdagen in mijn hoofd. Ik zing voor de koning een lied: voor een mens van Godswege gezegend : de mooiste mensenzoon ooit, honing vloeit van zijn lippen. Hij draagt zijn zwaard als een held. Hij gaat voor recht en ontferming. Sterk en zachtmoedig, hij zal verdrukten doen gaan in vrijheid. Door koningsdochters omgeven in strak geplooide gewaden en één uitverkoren dame, een meisje in goudbrokaat, omstuwd en benijd door vriendinnen, legt haar hand in de zijne, schrijdend de troonzaal binnen naast haar beoogde Messias. Hoe anders de tijden, dezelfde roeping opdracht en zegen. Was hij de beoogde Messias? Vandaag is jouw dag en uur, dag van jeugd en verlangen. Vandaag ook de dag van niet weten: heden is komen wat komt. Deze toevallige ene ben je, deze geroepene die zal doen wat hij kan. In een verloren wereld, in een wereld te winnen toegerust met een woord dat de machten weerstaan zal. Mogen er handen zijn die je dragen en strelen. Gezegend jij dat je ja zegt, hier nu- kome wat komt. Moge de geest van jouw God het aanschijn der aarde vernieuwen.

Tussenzang:
Gij zijt voorbijgegaan

2e lezing : uit het proto-evangelie van Jacobus

Maria begaf zich op weg naar haar familielid en na een voorspoedige reis bereikte ze de woning van Elisabeth en Zacharias.
Ze klopte aan en even later ging de deur open en stond Elisabeth voor haar. Die was bijzonder verheugd om Maria te zien en begroette haar met de volgende woorden: ‘Gezegend ben je onder de vrouwen en gezegend is de vrucht in je schoot. Waaraan heb ik het te danken dat de moeder van mijn Heer mij bezoekt? Zie, zodra ik je stem hoorde, sprong het kind van vreugde op in mijn schoot.’ Maria die zich de woorden van de engel niet meer herinnerde sloeg de ogen ten hemel en zei: ‘Wie ben ik toch Heer, dat alle geslachten mij zalig prijzen?’

Maria bleef  drie maanden bij haar nicht en intussen groeide het kind in haar schoot. Lang zou het niet meer duren voor haar zwangerschap voor anderen zichtbaar werd en daarover begon zij zich ernstig zorgen te maken. Tot nu toe had zij zich goed gevoeld in het gezelschap vna Elisabeth en Zacharias, maar het werd duidelijk dat de tijd gekomen was om naar huis terug te keren, vóór iemand ontdekte dat ze een kind droeg. Ze nam daarom afscheid van haar familieleden en vatte de terugtocht aan. Jozef was nog altijd niet van zijn werk was teruggekeerd, maar lang kon dat niet meer duren. Ze vroeg zich af hoe hij op het nieuws van haar zwangerschap zou reageren. In elk geval nam ze zich voor om zich tot zijn terugkeer in het huis te verbergen en zo weinig mogelijk buiten te komen, zodat niemand achter haar toestand zou komen.

Acclamatie: Wat eeuwenher begonnen is

Ter Overweging
Vandaag een ode aan Maria. Moeder Maria, Altijd Maagd..  Maria, zelf ook verwekt door de Heilige Geest. Haar moeder Anna was op haar hoge leeftijd zo droevig dat zij kinderloos was.  Zij bad tot God en warempel een engel verscheen haar en sprak tot haar : ‘je zal een kind baren en heel de wereld zal over je nakomelingschap spreken.’
We hebben zojuist bij Jacobus geluisterd naar heel menselijke bewoordingen over Maria’s worsteling ten aanzien van haar bijzondere zwangerschap: vervuld worden door de Heilige Geest. Maria voelt zich klein, wordt overdonderd en beseft nog niet wat haar toekomst als gezegende onder vrouwen zal zijn. Ze is verward over haar toestand, niet te bevatten dat zíj de moeder van  die vreemde en toch ook vertrouwde vrucht in haar schoot Jezus wordt. We horen we dat ze zich nog niet durft te tonen aan de buitenwereld in haar nieuwe positie. In zichzelf gekeerd is zij  aan het verwerken. Maria voelt zich veilig bij Elisabeth en Zacharias, haar gelijkgestemde familie. Hier kan zij in de luwte wennen. Maria draagt en bewaart een groot geheim in zich. Maria zal het mysterie van God’s Woord in levende lijve op aarde brengen. We weten dat Maria volmondig Ja gaat zeggen. Eenvoud en overgave die leiden tot .. ik zou zeggen onbeschrijfelijke geloofskracht. Liefde is de weg die ik in dankbaarheid ga want God gaat met mij.. Zij zal uitgroeien, rijpen tot Moeder van en voor Altijddurende Bijstand. Welbekende eigenschappen die aan Maria toegeschreven worden zijn de eenvoud die haar siert, bescheidenheid, trouw, ootmoed en lieflijke deugd. Zij beschikt over de kracht van de Heilige Geest. Welke uitwerking dat allemaal heeft. ..
In het leven van Jezus is zij erbij.  Op de belangrijke scharniermomenten is zij daar als moeder en geloofsopvoeder zoals bij de geboorte in de stal, de vlucht naar Egypte, naar de tempel gaan en Jezus daar terugvinden, als Pieta bij de ontmoeting op weg naar Golgotha, bij de graflegging, bij het lege graf en samen met de apostelen bij Jezus’ hemelvaart legt zij standvastig het fundament voor de nieuwe kerk.. En dan haar heengaan en ten hemelopneming, de kerkelijke feestdag van morgen 15 augustus.
Want Maria blijkt een uitzonderlijk bijzondere vrouw. We weten uit de overleveringen dat Maria oersterk is. Ze beteugelde epidemieen, overstromingen.. Verschijningen zijn aan haar toegewijd. Maria, een moeder voor alle mensen… Mensen kunnen al wat leeft en drukt op het hart aan haar toevertrouwen. Bidden tot haar met en zonder woorden. Moeder Maria wees onze voorspraak… Zij betekent nog steeds zoveel voor zoveel mensen. Daar kan je stil van worden. Op zoveel plaatsen: overal in huizen, in kappellekes onderweg zijn ze er beelden toegewijd aan Maria’s Altijd Durende Bijstand:  mooie rustpunten om bij Maria te kunnen verstillen. Ook in grote basilieken en in bedevaartsplaatsen branden kaarsen bij haar beeltenis. Zeeen van licht – overal- en dat al eeuwen lang. Door de eeuwen heen werden in de theologie en de kunst haar eigenschappen verder uitgewerkt en uitvergroot, waarin zij boven alle menselijkheid verheven werd. Maria heeft vele namen: Koningin van de vrede, Troosteres der bedroefden, Zoete Lieve Moeder.. Op sommige afbeeldingen zit Maria op een troon naast Christus, als een vrouwelijke God, ook wel Moeder van God genoemd. Herman Finkers is ook dol op haar. Hij zegt het zo: ‘Maria zit in mijn genen. Ik heb in mijn huis een Mariakapel laten bouwen en daar kan ik urenlang zitten. Ik steek dan een kaarsje op, ben stil of zing gregoriaans. Hij zegt: ‘een christendom zonder Maria vind ik niks. God heeft ook een moeder nodig.’ Vol van haar, volgt hier zijn Weesgegroet : ‘Als ik denk dat ik doodga, niet meer weet wat ik moet, eerder dan het Onze Vader bid ik een Wees Gegroet. Als het angstzweet me uitbreekt en mijn hart gaat tekeer dan roep ik’ O moeder en zelden O Heer.’  Want de Heer is heel goed maar ook onverbiddelijk. Hij reinigt met bloed maar zíj snapt onmiddellijk dat een vlek niet zo erg is als hij soms schijnt. Met een dertig graden wasje vaak al verdwijnt. Als ik denk dat ik doodga, niet meer weet wat ik moet, eerder dan het Onze Vader, bid ik een Weesgegroet.’
Kan Maria voor ons een brug vormen tussen hemel en aarde? Helpt dit ook afdoende voor u, voor jou op moeilijke momenten of dankbare momenten om bij Maria aan te gaan? Wat zou Maria ons vanmorgen wensen voor ons zielenleven ?… een zuiver hart, een dienstbaar hart.. eenvoud..overgave…Ja durven zeggen. Ja zeggen in vol vertrouwen van God’s toekomst met ons. Vertrouw erop dat je de vervulling in je draagt : bijgelicht, verlicht door Maria, Jezus, de Heilige Geest, maak er ruimte voor, Al  door God aan ons gegeven.

Geloofslied: Kom en volg mij op de weg

Voorbeden
God, dankbaar voor Maria’s gaven, vertrouwen wij onze gebeden toe aan Jou omdat wij  in ons zoeken niet zonder Jouw steun en toeverlaat kunnen.
– Bidden wij omwille van Maria, moeder van Jezus, voor alle moeders en vaders die in hun zorg en toewijding, beeld zijn van God die Liefde is.  Bidden wij voor alle ouders die hun kinderen niet kunnen bieden waar ze om vragen: eten en drinken, kleding en gezondheid, veiligheid. Wij bidden voor alle sterke vrouwen die opkomen voor het leven van hun kinderen. Voor de dwaze moeders, waar ook ter wereld, die niet zwijgen en hun stem laten horen, die het gevecht met onrecht aangaan.  Ja, voor allen die door de tijden heen pogen om trouw te volharden.
Acclamatie: Jij die onze gedachten raadt
– Bidden wij omwille van Maria, de gezegende onder de vrouwen, voor alle mensen waar ook ter wereld, die geloofskracht gevonden hebben en elk op hun eigen wijze, degenen die gebukt gaan onder onrecht te hulp te schieten. Bidden wij voor allen die zich het lot aantrekken van verlaten, verwaarloosde kinderen. Dat de zachte kracht van de liefde het onrecht zal overwinnen.

– Bidden wij omwille van Maria, koningin van de vrede, voor de leiders van kerk en samenleving. Dat zij rechtvaardige principes hanteren en dat zij beseffen dat hun leiderschap bedoeld is om te dienen en niet om te heersen. Dat zij hun macht  aanwenden voor vrede en veiligheid  Wij bidden om Licht over hun doen en laten, dat er nieuwe hoop mag gloren voor een duurzaam leefbare wereld en een goede verstandhouding onder de mensen, waarin tegenstellingen overbrugd kunnen worden.
Acclamatie: Jij die onze gedachten raadt
– Bidden wij omwille van Maria, Moeder van Altijddurende Bijstand, Sta ons bij in alle nood.  Voor wie lijden onder tekorten. Bidden wij voor echtgenoten, partners, die ervan droomden ooit moeder, vader te worden maar wier droom – om welke reden dan ook – nooit in vervulling is gegaan. Voor wie lijden onder tekorten op financieel gebied, qua werkgelegenheid  en huisvesting, voor wie lichamelijk of psychisch ziek zijn. Dat er liefdevolle handen en meedenkende harten zijn die ondersteunen. Voor allen die onze wereld leefbaarder maken.
Maria, Moeder van God wij bidden U om bijzondere bijstand voor ons zelf zodat wij bemoedigd blijven op ons levenspad. Bidden wij voor alle Maria’s in ons leven, voor allen die naar haar vernoemd zijn en door haar geinspireerd worden om haar licht en kracht in onze wereld te verspreiden. Maria wij bidden om uw Altijddurende Bijstand, ook  voor alle overleden zielen, die ieder voor zich van waarde zijn,  en voor Al-Tijd gekend blijven bij God van alle leven. Voor….
-Voor al deze intenties, voor alles wat ons op het hart ligt, bidden en gedenken  wij in stilte
S T I  L T E
Acclamatie: Jij die onze gedachten raadt
Collecte
Instrumentaal

Tafeldankgebed 

Eeuwige, de Tafel van samen staat gedekt, die ons herinnert aan Jouw liefde voor alle mensen, waarop ook jullie geldelijke gaven en het boek met gevraagde intenties.
Wij danken Maria om haar groot geloof, waarmee zij bereid was “Ja” te zeggen op Jouw uitnodiging. Ja, voor mij is goed wat God met mij voor heeft.
In Maria, uitzonderlijk geraakt door God’s Liefde,  en in zoveel andere moedige mensen, herkennen wij Jezus van Nazareth, die al zijn mensen een warm hart toedraagt tot het uiterste. Wij zijn hier bijeen om, om al wat Jezus voor ons betekent te  gedenken; uitdrukkelijk en dankbaar ter sprake te brengen en te vieren.
Toen Jezus die laatste avond met zijn vrienden aan tafel zat gaf Hij hun dit heilig teken mee: Zijn Woord en Brood om te breken en delen. Hij  dankte Jou Vader, en zei tegen zijn vrienden: “Neem en eet, ik geef mijn Leven; mijn Liefde  aan jullie toevertrouwd.” En blijf dit doen om mij te gedenken.
Hij liet ook de beker met wijn rondgaan, zegende die, en zei: “Neem en drink, dit is mijn Levenskracht, voor jullie schenk ik mijn levensbeker uit tot op de bodem, tot verbondenheid onder mensen die duren zal. Blijf samenkomen in mijn naam, en telkens wanneer jullie dit doen, weet dan dat Ik bij jullie ben.”
Wij danken Jou omdat Jij ons in Maria hebt getoond tot welke wondere, grote dingen een mens in staat is die geroepen wordt en thuis geeft om vol overgave te geven,  om anderen gelukkig te maken en zich kan verheugen om de grootheid van anderen.
Als we in het voetspoor van Jezus willen treden, kunnen we ons optrekken aan het voorbeeld van Maria.
Maria heeft veel samen met de apostelen opgetrokken en zo ook vaak gebeden met de woorden die Jezus ons leerde, woorden die door de eeuwen zijn gegaan op zoveel plaatsen in huizen en kerken en die hier nu ook weer gaan klinken.
Onze Vader

Vredeswens
Hunkerend naar verbroedering en verzustering tussen mensen, naar troost voor de treurenden, willen we de vrede behoeden en beschermen. Help ons om vrede zorgvuldig de wereld in te dragen. Kijk om je heen en geef elkaar een passend teken van  vrede.  Stem het af op op elkaar.
Acclamatie zuster en broeder vrede voor jou

Uitnodiging communie
Wees allemaal, ieder voor zich, welkom aan de tafel van samen. Mogen wij zo een moment één zijn aan deze tafel.
God van liefde, breken en delen blijft voor ons van grote waarde. Geef dat wij het gebaar van liefde in Jouw naam steeds vernieuwen en zo tastbaar maken, alle dagen van ons leven. Vergeet daarbij niet dat breken en delen het geheim van samen leven is.
Instrumentaal

Afsluiting tafelgebed 

Goed om te weten

Slotgedachte Maria is jouw naam.
Eeuwenoude woorden boordevol geheim
boeken vol verhalen: God wil bij ons zijn.

Eeuwenoude woorden komen naar jou toegewaaid
goede grond gevonden door de Geest gezaaid.

Eeuwenoude woorden in jouw schoot ontkiemd
wachten in het donker en groeien ongezien.

Eeuwenoude woorden in jouw hart bewaard
aan het licht gekomen God geopenbaard.

Eeuwenoude woorden Allerhoogste Kracht,
Jezus, bron van leven heb jij voortgebracht.
Maria is jouw naam: Jij leeft in elke mens
die weigert te verlammen in de angst
en durft te geloven in dat woord:
‘Vrees niet, met jou wil God iets nieuws beginnen.’

Zegenwens
Grote dingen komen slechts tot stand waar mensen in eenvoud en bereidheid beschikbaar blijven voor elkaar.
Dat Maria’s levensstijl ons mag inspireren  om te leren zien, van dag tot dag, wat het leven van ons vraagt
Gaan wij heen van hier met de zegen van Godswege en met die van de gezegende onder de vrouwen. In de naam  van de Vader, Moeder, Zoon en Goede Geest, Amen.
Slotlied : Wonen overal nergens thuis

Negentiende viering door het jaar

Datum: 7 augustus 2022

Voorganger: Tony de Meulder

Lectoren  Marga van de Koevering en Toon van Mierlo

 

Openingslied: Zomaar een dak

Aansteken van de Paaskaars 

Welkom

Vakantietijd, een stille tijd, een eenzame tijd,
een tijd om op bezoek te gaan of gasten te ontvangen,
een tijd om je welkom te voelen, een tijd om anderen te verwennen.
Ook hier mogen wij ons welkom weten in Gods naam:
in de naam van de Vader, de Zoon en de Heilige Geest. Amen. Lees meer →

Een van God gegeven bezigheid

SAN SALVATORGEMEENSCHAP         31 juli 2022

Voorganger: Wilton Desmense
Lectoren: Fiet Vreeburg en Toon van Mierlo
Muzikale begeleiding: Coby Wagemans en Maria Werner
Cantor: Machteld Terlingen

Thema: Een van God gegeven bezigheid

Openingslied: Hier gaan we zingend de wereld te buiten

Welkom

Goede morgen. Thema vandaag is: een van God gegeven bezigheid. En die wordt als moeilijk betiteld.

We zongen zojuist, dat we hier zingend de wereld te buiten gaan. De woorden ervan deden me denken aan Ruud Bokeloh, die ik hier eerlijk gezegd erg mis. Hij is onlangs verhuisd naar Amsterdam.

Regelmatig kwam Ruud na een zaterdagavondviering klagen over de liederen, en alsof de duivel ermee speelde typte ik zojuist nota bene “kliederen”, want dat vond Ruud ook van menig lied: “Wat hebben we in ’s hemelsnaam gezongen! Leg het me eens uit. Ik snap er niets van.” In zijn geest dacht ik: ‘Hoe kun je nou toch de wereld te buiten gaan. Je bevoegdheden, je capaciteiten te buiten gaan, dat zou ik snappen. Maar de wereld: leg het me eens uit.’ Beste mensen, daarvoor hebben we vandaag een uitnemende Prediker in huis. Luister goed naar hem, wanneer hij zichzelf nu bij ons introduceert, bij monde van Toon van Mierlo.

Prediker stelt zich voor (Prediker 2: 1-11)

Ik, Prediker, was koning van het land. Ik wilde graag alles weten en wijs worden. Ik wilde ontdekken wat voor zin alles heeft wat er onder de hemel gebeurt. Dat is een moeilijke bezigheid die God aan de mensen heeft gegeven. Je wordt er alleen maar moe van. Ik keek naar alles wat onder de zon wordt gedaan. En ik ontdekte: alles is lucht en onbegrijpelijk. Wat krom is, kan niet recht worden. En wat ontbreekt, is ontelbaar.

Ik zei bij mezelf: “Ik heb heel veel wijsheid en kennis opgedaan. Daarom wil ik graag het verschil leren tussen wijsheid en dwaasheid, tussen verstandig en onverstandig.” Maar ik heb begrepen dat dat teleurstellend is. Want met veel wijsheid komt veel verdriet. Hoe meer je weet, hoe groter je verdriet.

Acclamatie: Wat is de mens, wat zijn de dagen

Introductie lezingen

Misschien vindt u het verwarrend: worden nu de lezingen geïntroduceerd? We hebben er net toch al een gehoord! Want dat was niet een gebed, iets wat normaal op die plaats in de viering langskomt. Klopt! Maar voor alles is er op deze aarde een bestemde tijd en een bestemde plaats. Turn, turn, turn. In deze viering gaat dat ook op voor gebed, lezing en zang. Daarom is er nog wat extra tijd ingeruimd voor Prediker. Na diens wijze woorden en een daarop aansluitend lied laat Lucas Jezus aan het woord, welke lezing door Fiet Vreeburg verzorgd zal worden.

Lezing 1: Onder de zon (Prediker 2: 1-11)

Ik zei tegen mezelf: “Ik zal proberen te genieten. Ik zal blij zijn met de goede dingen van het leven.” Maar ook dat is maar lucht. Van het lachen ontdekte ik dat het dwaas is. Blijdschap heeft geen nut. Ik heb dat uitgezocht door veel wijn te drinken (maar dat deed ik wel met verstand). Want ik wilde weten of het soms beter voor de mensen is om zich dwaas te gedragen in de korte tijd dat zij leven. Ook deed ik geweldige dingen: ik bouwde paleizen. Ik legde tuinen en parken aan. Ik plantte daarin allerlei fruitbomen. Ik groef vijvers om water te hebben voor een bos van jonge bomen. Ik kocht slaven en slavinnen. Ik bezat heel veel koeien, schapen en geiten, veel meer dan alle andere koningen die vóór mij in Jeruzalem hadden geregeerd. Ik kreeg steeds meer zilver en goud. Ik bezat schatten en geschenken die ik gekregen had van de koningen en landen waarover ik heerste. Ik liet zangers en zangeressen komen, en allerlei dingen die de mensen mooi vinden, en allerlei muziekinstrumenten. Ik werd belangrijker en rijker dan alle andere koningen die vóór mij in Jeruzalem hadden geregeerd. Intussen bleef ik wijs. Ik kon alles krijgen wat ik hebben wilde om van te genieten. En ik genoot van alles wat ik met hard werken had bereikt. Dat had ik tenminste bereikt. Maar toen keek ik naar alles wat ik had bereikt en hoe hard ik daarvoor had gezwoegd. En ik zag dat het allemaal maar lucht was, een teleurstellende bezigheid. Niets daarvan had zin onder de zon.

Tussenzang: De wijze woorden en het groot vertoon (couplet 1 en 3)

Lezing 2: Je leven is niet van jezelf (Lucas 12: 13-21)

Jezus zei: “Ook als je alles hebt wat je hebben wil, betekent dat niet dat je ook je leven bezit. Je leven is niet van jezelf. Zo was er eens een rijke man. Zijn akkers hadden een grote oogst opgeleverd. Hij dacht bij zichzelf: ‘Wat zal ik doen? Want ik heb geen ruimte genoeg om de hele oogst op te bergen.’ Toen bedacht hij: ‘Ik weet al iets. Ik zal mijn schuren afbreken en grotere schuren bouwen. Daar zal ik dan al mijn graan en al mijn rijkdommen in opbergen. Dan heb ik heel veel. Het is genoeg voor járen. Ik kan voortaan rustig aan doen. Ik ga lekker eten en drinken en feestvieren.’ Maar God zei tegen hem: ‘Jij dwaas! Vannacht nog zal je leven van je teruggevraagd worden. En voor wie heb je dan zoveel verzameld?’ Zó zal het gaan met de mensen die voor zichzélf schatten verzamelen, maar geen schat hebben bij God.”

Acclamatie: Uw woord is een lamp voor mijn voeten

Overweging

We krijgen vandaag wel wat mee om te overdenken! Eigenlijk zijn Prediker en Jezus degenen die verkondigen. Laatstgenoemde lijkt wat betreft vormgeving van zijn boodschap geïnspireerd door de ander. Ze beginnen namelijk allebei met een uitgebreide en uitbundige schildering van wat het leven te bieden heeft. Maar tenslotte komen ze met een kort en bondig “maar” aanzetten en pakken donkere wolken zich samen. En beiden komen feitelijk uit bij dezelfde vraag: wat is de zin van het leven? Prediker laat ons naar het antwoord gissen. Jezus biedt een antwoord aan. En wij? Hoe staan wij daarin? Hebben wij bepaald wat voor ons zin heeft onder de zon, bijv. door de keuze om vandaag hier samen te komen? Ik beken dat ik hierin worstel. Ik zie het zwart en ik zie het wit. Turn, turn, turn. Ik zie de oneindigheid in, zoals door de James Webtelescoop, die mij 13 miljard jaar terugvoert, dichterbij een onvoorstelbare oerknal dan we ons nog kunnen voorstellen. Ik voel mij verbonden met een geschiedenis die mij voert langs het slijm en slijk van het eerste leven, langs een aards paradijs, godenwerelden, massamoordenaars, de zoon van God en een vierjarig Oekraiens meisje dat een kinderwagen voortduwt en enkele ogenblikken later wordt getroffen door een zogenaamd denazificerende raket. Tegenstrijdige en verwarrende gevoelens worden opgewekt, verdriet en troost. Vind ik die in de literatuur, in het evangelie, bij jullie om mij heen? Vele vragen,  velerlei antwoorden. Alles heeft zijn tijd. Ik laat een duo aan het woord, dat het tegen elkaar in uitzong in met elkaar kempende vertwijfeling. De aanleiding was de dood van een mens alleen.

(Erik) Zomer glimlacht over de daken, heerlijk weer dat nooit op lijkt te raken,
zonlicht verspreidt zich over de aarde als een waterval van goud.
Maar in een huis waar een mens op sterven ligt – schaduw heerst er, de zon weg van het gezicht –
valt de deur van dat verlaten leven dicht, geen hand nabij, geen troost, niet één om te waken,
of soms toch Hij die zelfs een mus ziet vallen van de daken?
(John) Spreek me niet van eenzame zielen in tranen, duistere plaatsen waar ouderen zijn achtergelaten:
ik wil het niet horen, ’t is aan mij niet besteed.
Dagelijks sterft er wel ergens iemand oud en alleen, niets kan ik er aan doen, niemand kan dat, niet één.
Het is zinloos naar een zin te zoeken achter dat leed.
(Erik) De winter druilt thans over de daken, wind en mist zijn nu alledaagse zaken,
de regendruppels die de wolken maken, slaan tegen het kamerraam.
De neerkletterende regen op het huis maakt het zelfs voor de ratten niet pluis.
Hun vluchtend getrippel sterft weg bij dat gedruis, en opnieuw blijft de dode achter, alleen.
Dat die het ritme van de regen kon horen is al weer zo lang geleden!
(John) Spreek me niet van de zin van het leven, bespaar me die woorden, die slechts ongemak geven,
ik wil ze niet horen, ze zijn aan mij niet besteed.
Eenzame oude lui, wat zou het, jandorie, tot stof zullen wij wederkeren, ons memento mori!
Meer is er niet, geen enkele zin zit achter het leed!
(Erik) Een nieuwe lente, een nieuw geluid: bloemen bloeien honderduit
het koolzaad en het fluitekruid, maken goede sier.
Herinneringen ontwaken eindelijk weer, “Kom, gaan we daar weer eens aan ’n keer”:
tevergeefs aangebeld, er komt geen reactie meer!
Op het raam tikken: “Is hier iemand thuis?”
Maar de ziel die eens deze mens bezielde is nu mijlenver van huis.
(John) Spreek me niet van de fasen des levens, geen antwoorden heb ik, er zijn geen gegevens.
Ik wil er niet van horen, ’t is aan mij niet besteed.
Onze weg leidt van de wieg naar het graf. Of we die als koren gaan of als niet meer dan kaf:
het gaat zo het gaat, daarmee is de kous af!
(Erik) Begrijp je niet, wat ik tracht uit te leggen? Geef me een antwoord, wie kan het me zeggen:
wat is de zin, de reden waarom we bestaan?
Geboren om dood te gaan, dat is toch niet leven? Er moet een antwoord zijn,
en we moeten ernaar streven zin te geven en een reden te vinden voor ons bestaan.
(John) Alles is lucht, niets heeft zin onder de zon!
(Erik) Zoek je schat bij wie het heel-al begon.

Hoe met dit alles om te gaan? Met deze overweging? Beschouw het/haar/hem als een van de voortschrijdende stappen van je leven, soms zich moeizaam verplaatsend door het slijk der aarde, dan weer licht als lucht, maar neurie of zing vervolgens alleen of samen het leven-op-aardelied.

Geloofslied: Wij leven op aarde

Collecte met muziek

Voorbeden

Bidden we om woorden te vinden die ons helpen onze weg door het leven te gaan.
Bidden we om woorden te vinden die ons helpen onze weg door het leven te gaan.
Bidden we om vergezichten te ontdekken die onze ogen openen voor de schoonheid
en het perspectief van het leven.
Bidden we dat al onze zintuigen de zin van het leven mogen ervaren
en vertalen naar waarden, die in ons een vleugje eeuwigheid kenbaar maken.
Bidden we voor hen, die tot stof zijn weergekeerd, maar wier namen
in ons geheugen zijn gegrift, doordat zij mede ons leven zin gaven.

Tafelgebed

Jij, oorsprong van elk zoeken en vinden, verlangen van elk mensenhart.
Dromende maak Jij in mij los de hunkering naar inzicht,
het luisteren naar het woord van mijn naaste dat goed doet en kracht geeft.
Jij doet ons nieuwe woorden spreken en geeft ons nieuwe begeestering
als twee of meer bijeen zijn in Jouw naam.
Jouw wijsheid is aan het licht gekomen in Jezus van Nazareth,
wiens leven de zin van nieuw leven  verkondigde: de liefde voor de naaste,
van even grote waarde als een hemels paradijs. Daarvoor gaf hij zichzelf,
als ’n graankorrel die sterven moet om tot leven te komen.
Op de laatste avond van zijn aardse leven nam hij het brood van het leven in zijn handen,
en gaf het door met de woorden: neemt en eet, dit is de zin van mijn leven,
dit laat ik jullie na, mijn liefde aan jullie gegeven.
Ook een beker liet hij rondgaan en hij zei: dit is als mijn bloed, het bloed van mijn leven,
een nieuw verbond, voor de mensheid tot in eeuwigheid.
Denk aan mij, telkens als je dit samen in mijn naam doet.
In zijn geest kunnen wij elkaar de vindplaatsen aanwijzen van waarheid en liefde.
Samen gaan we wegen om het onrecht te keren,
om te breken en te delen wat het leven ons biedt.
Zo wordt dat evangelische testament een hoopvolle tocht naar een land van licht en leven.
Bidden wij met de woorden die hij ons gaf en sluiten wij die zingend af:

Onze vader, eindigend met ‘Want van U is de toekomst, kome wat komt.

Vredeswens

Wijsheid moge gevonden worden, geduld en geluk in onze harten,
en vrede zij er voor iedereen, voor ons allemaal!

Vredeslied: De wijze woorden en het groot vertoon

Communie

Wees van harte welkom om de geest van het breken en delen mee vorm te geven
op de manier die u verkiest.
Daartoe kan de handeling die van oudsher communie heet behoren
en daartoe bieden wij nu de gelegenheid aan wie dat wil.

Communielied: Gij spreekt zo zwart als de nacht

Mededelingen

o.a. Volgende week: Tony de Meulder, volkszang met Spotify

Slottekst en wegzending

Prediker is meestal een grote pessimist.
Maar toch geldt ook voor hem bij gelegenheid: turn, turn, turn.
Als je met een goede zaklamp zoekt, vind je – en dat ter afsluiting van deze viering –
de keerzijde van zijn zwartgallige bespiegelingen: hoop! Dan zegt hij: “Geniet van het leven!
Geniet van het brood dat je eet en van de drank die je drinkt. Dat is wat God graag ziet.
Draag altijd mooie kleren. En zorg ervoor dat je lekker ruikt.
Als je de kans krijgt om iets te doen, doe het dan zo goed mogelijk.”
Laten we daarmee op deze zevende dag van de week onze rustdag vervolgen
en elkaar de zegen toewensen voor de zeven dagen van de week die komt:
In de naam van de vader, de zoon en de heilige geest. Amen.

Slotlied: Leven is van zeven dagen

Hoor …. en word verhoord

Openingslied Hier wordt een huis voor God gebouwd

Openingswoord

Inleidende tekst

Niet zelf
spreiden wij het
op onze vaste steen
in onze eigen uren
het oud geërfd
gebedskleed
het ligt
op iemands Naam
de draden zijn  van licht
van stem en vuur gesponnen
het ons vermaakt
gebedskleed
het ligt
op deze dag
in uitgestorven straat
in niet bezochte huizen
het zoekgeraakt
gebedskleed
het ligt
op onze huid
om onze huivering
met hard gemis doorweven
ons  opgelegd
gebedskleed
maar hoor
en word  verhoord
er raakt een zacht bezoek
een onvermoede vreugde
u aan in dit
gebedskleed

(Herman Verbeek)

Gebed

Eerste lezing 1 (Gen., 18, 16-32)

Toen de mannen verder trokken zagen zij in de diepte Sodom liggen. Abraham ging met hen mee om hen uitgeleide te doen. Zou ik voor Abraham geheim houden wat ik van plan ben? Ik heb hem immers uitverkoren ; zijn zonen en zijn nageslacht moet hij leren zich door een deugdzaam en rechtschapen leven  aan de weg van Jahweh te houden, dan kan de Heer zijn plan met Abraham verwerkelijken.

20         daarom zei Jahweh
`Luid stijgt de schreeuw om hulp uit Sodom en Gomorra op!
Uitermate zwaar is hun zonde!
21         Ik ga naar beneden om te zien
of hun daden werkelijk overeenstemmen met de roep
die tot Mij is doorgedrongen; Ik wil het weten.’
22         Toen gingen de mannen op weg in de richting van Sodom.
De Heer bleef echter nog bij Abraham staan.
23         Abraham ging naar Hem toe en zei:
`Wilt U werkelijk met de boosdoeners ook de rechtvaardigen verdelgen?
24         Misschien zijn er vijftig rechtvaardigen in de stad;
zult U die dan verdelgen?
Zult U de stad geen vergiffenis schenken
omwille van de vijftig rechtvaardigen die er wonen?
25         Zoiets kunt U toch niet doen:
de rechtvaardigen samen met de boosdoeners laten sterven!
Dan zou het de rechtvaardigen vergaan als de boosdoeners;
dat kunt U toch niet doen!
Zal Hij, die de hele aarde oordeelt, geen recht doen?’
26         En de Heer zei:
`Als Ik in Sodom vijftig rechtvaardigen in de stad vind,
zal Ik omwille van hen de hele stad vergiffenis schenken.’
27         Abraham begon weer en zei:
`Mag ik zo vrij zijn tot mijn Heer te spreken,
ofschoon ik maar stof en as ben?
28         Misschien ontbreken er aan de vijftig rechtvaardigen vijf;
zult U dan toch om die vijf de hele stad verwoesten?’
En de Heer zei: `Ik zal haar niet verwoesten als Ik er vijfenveertig vind.’
29         Opnieuw sprak Abraham tot Hem:
`Misschien zijn er maar veertig te vinden.’
En de Heer zei: `Ik zal het niet doen, omwille van die veertig.’
30         Nu zei Abraham:
`Laat mijn Heer niet kwaad worden als ik nog eens aandring;
misschien zijn er maar dertig te vinden.’
En Hij zei: `Ik zal het niet doen als Ik er dertig vind.’
31         Abraham zei opnieuw:
`Ik ben wel vrijpostig als ik bij mijn Heer blijf aandringen;
maar misschien worden er maar twintig gevonden.’
En Hij zei: `Ik zal de stad niet verwoesten, omwille van die twintig.’
32         Abraham zei:
`Laat mijn Heer niet kwaad worden als ik nog één keer spreek;
misschien zijn er maar tien te vinden.’
En Hij zei: `Ik zal de stad niet verwoesten, omwille van die tien.’

Lied  Te doen gerechtigheid

Evangelie (Lc., 11, 1-13)

Uit het heilig evangelie van onze heer Jezus Christus volgens Lucas

Eens was Jezus ergens aan het bidden.
Toen Hij opgehouden was, vroeg een van zijn leerlingen Hem:
`Heer, leer ons bidden,
zoals ook Johannes het zijn leerlingen geleerd heeft.’
Hij zei tegen hen: `Wanneer je bidt, zeg dan:
Vader,
uw naam worde geheiligd,
uw koninkrijk kome;
3           geef ons elke dag ons dagelijks brood
4           en vergeef ons onze zonden,
want ook wij vergeven ieder die ons iets schuldig is,
en breng ons niet in bekoring.’
5              Daarop zei Hij tegen hen:
`Stel dat je midden in de nacht naar een van je vrienden gaat om te vragen: ` `Vriend, leen me drie broden,
6           want een vriend van me is na een lange reis bij mij aangekomen
en ik heb niets om hem voor te zetten.’’
Zou die ander daarbinnen antwoorden:
`Val me niet lastig.
De deur is al op slot en mijn kinderen en ik liggen in bed.
Ik kan niet opstaan om ze je te geven’’?
Welnee, hij staat op en geeft je wat je nodig hebt;
is het niet omdat je zijn vriend bent,
dan toch vanwege je vrijpostigheid.
Ik zeg jullie: vraag en jullie zal gegeven worden,
zoek en je zult vinden,
klop en er zal voor je worden opengedaan.
Want ieder die vraagt, krijgt;
wie zoekt, vindt;
en voor wie klopt, zal worden opengedaan.

Is er onder u een vader die aan zijn zoon een steen geeft als die o m brood vraagt?
11         of als zijn kind om een vis vraagt,
in plaats daarvan een slang geven?
12         Of een schorpioen, als het om een ei vraagt?
13         Als jullie dus, ofschoon je slecht bent,
het goede weten te geven aan je kinderen,
hoeveel te meer zal dan de hemelse Vader
de heilige Geest geven aan degenen die Hem erom vragen.’

Acclamatie Laudate omnes gentes

Verkondiging

Lied Kom Schepper Geest

Lied Heer hoor mijn gebed

Voorbeden

Lied Voor Uw aangezicht

Collecte

De Tafel

Vredeswens

Lied Ubi caritas

Tafelgebed Mijn God, ik zoek naar U

Al wat ik ben is dorst naar U
Gij ziel van alle leven 

Gij God, aanwezig in de tijden hier en overal,
Gezien, gevierd als bron van leven
Gij, die met ons bent vanaf de moederschoot,
Verhoopt, vermoed voorbij het graf voorbij de dood.

Gij, die de mens met zorg uit de aarde hebt geboetseerd,
Uw ziel en zaligheid in hem gelegd
Uw Geest en adem ingeblazen,
Ons zo met U en alle leven hebt verbonden.
Gij, ons hoogste goed, houvast en hoop,
Een hemel die ons wacht.

Gij die de vreugde bent waaruit de vogel zingt,
De blijheid die aan bloemen geur en kleur geeft.
Gij, die bloeit in al wat leeft
In al wat groeit het leven bent.

Mijn God…

Wij zoeken U In Jezus Christus, U een Zoon,
Ons een broeder, in wie Gij bent verschenen
Een kind van mensen en sprekend  God zijn Vader.
Uw evenbeeld, de mens zoals door U bedoeld.
Hij ging met mensen niet in tel,
Naar die misprezen, overschreeuwd,
Die ziek zijn, uitgestoten, vergeten
Een engel van een mens, een wonder,
Gods Zoon, zegen voor de wereld.

Mijn God…

Brood en Beker

Als brood gebroken is Hij opgegaan, van Liefde gestorven.
Hij heeft in het graf Zijn einde niet,
Maar in U, mijn God, Zijn voltooiing gevonden.

Mijn God….

Al wie eten van dit Brood,
Het breken en delen met de ander,
Zij houden de Heer levend onder ons.
Zij zijn Hem trouw totdat Hij wederkomt

Peer Verhoeven

Mijn God….

Gebed Onze Vader

Communie

Dankgebed

Mededelingen

Zegen

Slotgedachte Dag Licht

Dag Licht, Licht over de velden, er zijn geen woorden voor Jou
Weilanden vergeef mensen hun beperkingen
Doe ons bedenken,
Hoe genade geschonken wordt

Geduldig water
Maken de vissen het goed
Zwarte aarde
Zul jij van de boer blijven
Vogels en paarden
Zeg ons het vertrouwen niet op
Wilgen op de oeverwal
Wijk niet voor blinde muren

Gras en graan en kiezelstenen
Is onze God wel die van jullie

Gij Ongezien besta tenminste voor eenzame mensen
Zon van het heelal
Kom binnen in onze ontluisterde straten
Gij Alleroorspronkelijkste
Schep voor ons verzachtende omstandigheden

Herman Verbeek

Slotlied  Wat altijd is geweest

 

VROUWEN VOL VERTROUWEN

SAN SALVATORGEMEENSCHAP |17  juli 2022
VROUWEN VOL VERTROUWEN
Voorganger Franneke  Hoeks | Lectoren Frans Langemeijer & Maria Hoitink
Koor Melodiek
o.l.v. Hans Waegemakers

Openingslied  Hier wordt een huis voor god gebouwd
WELKOM
Welkom jullie allemaal. Of je nu ieder zondag hier in Cello bent of af en toe aan komt waaien, fijn dat u naar deze San Salvator viering bent gekomen.
Zomer is een tijd van eropuit trekken, dichtbij huis of verder weg mensen zoeken voor even iets anders. Weg van de besognes van iedere dag.
Ik hoop dat dit uur hier ons ook iets verrassends brengt. Laten we samen maar op ontdekkingstocht gaan. Oude verhalen vertellen ons iets over onze route. Vandaag ontmoeten we vier vrouwen op onze weg en ik mag jullie vertellen wat zij mij aan inzicht brachten.
Ik ben deze ochtend uw reisgids. We zingen natuurlijk ook op onze tocht. Op ons pad zijn we niet bang voor stilte. Sterker nog we maken het stil voor we aan onze route beginnen.
GEBED
Goede God, Ik-zal-er-zijn is jouw naam. Laat ons mensen worden  die vertrouwen op jouw dragende kracht. Maak ons tot mensen  die willen leren en de handen uit de mouwen steken. Wees bij ons dit uur en doe ons gaan op jouw weg.  Open ons hoofd, hart en handen opdat wij mogen ontdekken wat is het is om te leren en te dienen.
Acclamatie Herschep ons hart

INLEIDING OP LEZINGEN
Een van de dingen die we ontdekten op de twee bijeenkomsten over de verhalen van vandaag is dat de ene vertaling de andere vertaling niet is. De bijbel in gewone taal klinkt vaak prettig in onze oren, maar door die prettigheid vallen er soms wezenlijke dingen weg. We luisteren vandaag het verhaal van Hanna en Pennina uit 1 Samuel. De boeken Samuel 1 en Samuel 2 vertellen over het ontstaan van het koningschap van Israël. Samuel was de grondlegger van dat koningschap en daarmee een kernfiguur in de geschiedenis van het Joodse volk. Bijzondere mensen hebben bijzondere geboorteverhalen. Vandaag het verhaal van Hanna de moeder van Samuel. Dan bladeren we verder in de bijbel en komen bij Lucas aan. Ook hier ontmoeten we twee vrouwen Marta en Maria.

1E LEZING 1 Samuel, 1-20
In Rama in de streek Suf, in het bergland van Efraïm, woonde een man die Elkana heette. Hij had twee vrouwen: de ene heette Hanna en de andere Peninna. Peninna had kinderen, maar Hanna niet.
Elk jaar ging deze man vanuit zijn woonplaats naar Silo, om zich daar voor de EEUWIGE van de hemelse machten neer te buigen en Hem offers te brengen. Wanneer Elkana zijn jaarlijkse offer bracht, gaf hij zijn vrouw Peninna en haar zonen en dochters een stuk van het offervlees. Maar het mooiste stuk gaf hij aan Hanna, want haar had hij lief, ook al hield de EEUWIGE haar moederschoot gesloten.
Haar rivale kwetste haar dan diep, door haar te sarren omdat de EEUWIGE haar geen kinderen gaf.
Zo ging het jaar in jaar uit. Elke keer als ze naar het heiligdom van de EEUWIGE gingen, treiterde Peninna Hanna zo erg dat ze begon te huilen en haar eten liet staan.  Toen dat weer eens gebeurde, vroeg haar man Elkana: ‘Waarom huil je, Hanna? Waarom eet je niet en waarom ben je zo bedroefd? Beteken ik niet meer voor je dan tien zonen?’ Na de maaltijd stond Hanna op en ging naar het heiligdom van de EEUWIGE, waar de priester Eli op een bankje bij de ingang zat. Diepbedroefd bad Hanna tot de EEUWIGE. In tranen legde ze een gelofte af: ‘EEUWIGE van de hemelse machten, ik smeek U, heb toch oog voor mijn ellende. Denk aan mij, uw dienares, vergeet mij niet. Schenk mij een zoon, dan schenk ik hem voor zijn hele leven aan U: nooit zal zijn hoofd door een scheermes worden aangeraakt.’
Toen Hanna zo lang aan het bidden was, begon Eli op haar mond te letten. Ze bad namelijk in stilte: haar lippen bewogen wel, maar haar stem was niet te horen. Daarom dacht Eli dat ze dronken was. Hij sprak haar aan en vroeg: ‘Hoe lang gaat dit nog duren? Als u dronken bent, ga dan uw roes uitslapen!’ ‘U vergist u, Heer,’ antwoordde Hanna. ‘Ik heb geen wijn of andere drank gedronken. Nee, ik ga gebukt onder een zwaar verdriet en stort mijn hart uit bij de EEUWIGE. Denk niet dat ik een slechte vrouw ben; ik heb zo lang gebeden omdat ik overstelpt ben door droefheid en ellende.’ ‘Ga dan in vrede,’ antwoordde Eli. ‘De God van Israël zal u geven waar u om hebt gevraagd.’ ‘Ik dank u dat u mij zo gunstig gezind bent,’ zei Hanna, en ze ging terug naar haar familie. Haar gezicht was opgeklaard en ze at ook weer.
De volgende morgen vroeg bogen ze zich neer voor de EEUWIGE, waarna ze zich op de terugreis begaven. Thuis in Rama sliep Elkana met zijn vrouw Hanna, en de EEUWIGE dacht aan haar. Binnen een jaar werd Hanna zwanger en baarde ze een zoon. Ze noemde hem Samuel, ‘want,’ verklaarde ze, ‘ik heb hem aan de EEUWIGE gevraagd.’
LIED Je zou gelukkig willen zijn

2E LEZING  Lucas 10, 38- 42
Toen ze verder trokken ging Hij een dorp in, waar Hij gastvrij werd ontvangen door een vrouw die Marta heette. Haar zus, Maria, ging aan de voeten van de Heer zitten en luisterde naar zijn woorden. Maar Marta werd helemaal in beslag genomen door de zorg voor haar gasten. Ze ging naar Jezus toe en zei: ‘Heer, kan het U niet schelen dat mijn zus mij al het werk alleen laat doen? Zeg tegen haar dat ze mij moet helpen.’ De Heer zei tegen haar: ‘Marta, Marta, je bent zo bezorgd en je maakt je druk over zoveel dingen. Er is maar één ding noodzakelijk. Maria heeft het juiste gekozen, en dat zal haar niet worden ontnomen.’
Acclamatie Het woord dag ik jou geef

OVERWEGING
Vrouwen in de hoofdrol vandaag! Het komt niet heel vaak voor dat beide verhalen in het leesrooster over vrouwen gaan. Als vrouw die ooit vrouwenstudies theologie studeerde voelen de verhalen van vandaag als een cadeautje. Let wel verhalen met vrouwen in de hoofdrol zijn natuurlijk niet automatisch verhalen die bevrijdend zijn. Naast de verhalen zelf  hebben we ook nog te maken met hoe de verhalen in de loop van de geschiedenis zijn uitgelegd.
Als we met onze hedendaagse ogen naar  de positie Hanna kijken, lijkt er niet zoveel aan de hand. Het is natuurlijk geen koek en ei daar in dat gezin van Elkana, maar ja in wel gezin of familie is dat wel. Een kinderloze vrouw in die tijd was enorm kwetsbaar. Natuurlijk had Hanna de liefde van Elkana, maar zonder kinderen was ze niets. Kinderen waren je oudedagsvoorziening. Vrouwen zonder kinderen van wie de man stierf werden vaak aan hun lot overgelaten. Kinderloze weduwen hadden het zwaar te halen in het Joodse land van 1000 jaar voor onze jaartelling.
Peninna maakt Hanna het leven zuur. Keer op keer wijst zij Hanna op haar kwetsbare situatie. Elkana begrijpt niet. Ben ik niet genoeg? Nee Elkana, hoeveel je ook van Hanna houdt, jij alleen bent niet genoeg. Zij wil zelf iemand zijn. De spanning bouwt zich op in het gezin, jaar na jaar. Als de bom voor de zoveelste keer barst, went Hanna zich tot de Eeuwige met een noodkreet. Zie mij! Help mij!
In de tempel krijgt ze ook nog eens te maken met Eli die haar in eerste instantie niet serieus neemt. Van de mannen in haar omgeving moet Hanna het niet hebben.  Maar deze vrouw houdt vol en geeft deze hoge tempelfunctionaris weerwoord. Het getuigt van moed, lef en een diepgeworteld vertrouwen dat je je je niet laat wegsturen maar opkomt voor je eigen zaak. De naam Hanna betekent ‘genade, erbarming’ en dat is wat deze dappere vrouw uiteindelijk ontvangt. Hanna geeft zich over aan de Eeuwige die zich laat kennen met de woorden ik-zal-er-zijn. Hanna wordt gezien en gehoord door Eli en door de Eeuwige. Ze krijgt een zoon, Samuel, die de basis zal leggen voor het koningschap van Israël waardoor jaren later David op de troon zal komen. David is de voorvader van Jezus. Hanna belooft haar zoon aan God te geven. Over het weggeven van een kind op jonge leeftijd kunnen we ook van alles van vinden, maar dat is voer voor een andere overweging.
We krijgen vandaag ook een inkijkje in een ander huishouden. Namelijk dat van Marta. Marta met een zus die Maria heet.  Ook hier speelt de dynamiek tussen de twee vrouwen een rol in het verhaal.  Laten we eerst even kijken naar Marta. Zij ontvangt Jezus en zijn volgelingen. Ze moet ruimte genoeg gehad hebben en voldoende geld/voorraad om een gezelschap te kunnen ontvangen. Op veel schilderijen over dit tafereel zie dan ook omgeving die duidt op een zekere welstand. Maria voelt zich verantwoordelijk voor de goede ontvangst van jezus en zijn vrienden. Gastvrijheid was in die dagen, meer dan bij ons, een fundamentele waarde. Dat is wat Marta doet! Ze zorgt!
Maria kiest een andere weg. Zij zit aan de voeten van Jezus lezen we in deze versie van het Lucas verhaal. In de bijbel in gewone taal staat ‘zij ging bij Jezus zitten’.  Dat is jammer want juist zitten aan de voeten van is niet zomaar iets. Zitten aan de voeten van wil in het joodse taalgebruik zeggen dat iemand leerling is van. Leerling zijn van is wel iets anders dan zomaar bij iemand gaan zitten.
Het verhaal van Marta en Maria is in de traditie vaak gebruikt om vrouwen bepaalde rollen toe te schrijven. Maria werd dan gezien als iemand die slaafs aan de voeten van jezus zat, een beetje devoot, aandachtig luisterend (dat aan de voeten zitten – leerling zijn betekent werd vergeten) en Martha werd gezien als het prototype huishoudster: de bezig bij, een beetje suf  die alleen maar  bezig is met de vraag of iedereen wel voldoende te eten en te drinken heeft. Dat Jezus vervolgens zegt dat Maria het betere deel heeft gekozen werd ook vaak uitgelegd dat bezinning belangrijker was dan praktisch  bezig zijn. Hoofd boven handen. Geestelijk bezig zijn, boven met het je handen werken. Die waardering van geestelijke arbeid zien we nog steeds terug in de manier waarop we arbeid belonen. Een verzorgende verdient minder dan een hoogleraar.
Terug naar het verhaal. Marta blijkt helemaal geen doetje te zijn. Zij spreekt Jezus direct aan. Als gelijke bijna. Zeg een iets van die zus van mij. Laat haar ook haar handen uit de mouwen steken. Marta, Marta zegt Jezus dan. Marta, Marta… als in Bijbelse verhalen je naam tweemaal gezegd wordt, heeft dat betekenis. Dan word je geroepen. Marta wordt door Jezus geroepen. Wie geroepen wordt heeft een belangrijke rol te spelen. Jezus zegt niet dat Marta dingen verkeerd doet, of anders zou moeten doen. Hij maakt alleen ruimte voor het leerlingschap van Maria. Opmerkelijk dat beide vrouwen leerling zijn van deze joodse Rabbi. Op deze manier laat dit verhaal zien dat vrouwen van betekenis waren in het gezelschap rondom Jezus. Dat uitleg van dit verhaal heeft die betekenis vaak weggepoetst.

Nog even naar hoofd boven handen. Zo is dit verhaal vaak uitgelegd: Jezus die Marta de les leest. Maria die keurig luistert  want die heeft het beste deel gekozen. De logische conclusie lijkt dan dat Jezus het werk en de inzet van Marta niet belangrijk vindt. Handen die doen, handen die zorgen en koesteren zijn echter wezenlijk in de praktijk van Jezus. Hij raakt zieken aan. Op de laatste avond wast hij de voeten van zijn leerlingen. Dienstbaarder kun je niet worden.
Leren, tot wijsheid komen kan op heel veel manieren. Eén pad is je hersens aan het werk te zetten, door te lezen, te luisteren en je vervolgens te bezinnen. Maar wijsheid is volgens mij ook op andere manieren te vergaren ook in zorgen voor, in bezig zijn met alledaagse dingen is wijsheid te vinden. Zorgen voor de maaltijd, pleisters plakken, je huis schoonmaken: ook dat zijn wegen om tot verdieping te komen. De andere kant op geredeneerd; een diepzinnig boek lezen of dure woorden spreken maken je niet automatisch tot een goed en wijs mens.  Misschien is de les wel dat we niet  of-of te denken maar en- en. Hoofd en handen zijn belangrijk en het een kan niet zonder het ander. Hoofd én handen: dat brengt dit verhaal mij vandaag.
Vrouwen in de hoofdrol. Vrouwen die vertrouwen op de Eeuwige. Vrouwen die een actieve rol op zich nemen. Vrouwen die leerling zijn. Ik voel me thuis bij ieder van hen. Ik herken me in ieder van hen. Ik draag een stukje van Hanna, van Marta en Maria in mij.
De vierde vrouw, Peninna, daar heb ik niet zoveel over gezegd. Ze is een hard en gemeen naar Hanna toe en wrijft zout in de wonden. We kennen haar niet. Ze staat bij Elkana niet op 1. Dat moet haar ook pijn doen.  Ik ga het maar eerlijk zeggen. Een stukje van Peninna zit ook ik mij.  Ze leert mij met mildheid kijken want wie van ons kent dat niet; dat je vanuit onmacht en gekwetstheid soms onhandige dingen doet of zegt. Gelukkig mogen wij vertrouwen op woorden, wijsheid en gemeenschap die ons weer op het juiste pad zet. Een weg waarin we samen met hoofd, hart en handen elkaar bij de les houden en zoek gaan naar het goede leven voor allen.

GELOOFSLIED Kom en volg mij op de weg

KLAARMAKEN TAFEL |COLLECTE  |MUZIEK

VOORBEDE
– Eeuwige jij die hoofd, hart en handen in beweging zet,
wij bidden voor alle Hanna’s (M/V) in de wereld. Vrouwen en mannen van wie toekomst en bestaansgrond onzeker zijn door oorlog, geweld of tegenslag. Dat zij mogen vertrouwen op jouw dragende kracht om samen met anderen te blijven zoeken naar wat mensen rechtop zet.
Jij die onze gedachten raadt
– Eeuwige, jij die hoofd, hart en handen in beweging zet,
wij bidden voor de Maria’s (M/V) in de wereld. Mensen die in een wereld waarin de tijd steeds sneller gaat, momenten zoeken voor bezinning en reflectie. Dat ook wij regelmatig bij onszelf en bij jou te rade gaan. Doen we het juiste? Zien we wie gezien moeten worden?  Durven we voorbij ons eigen gelijk te denken en te doen?
Jij die onze gedachten raadt
-Eeuwige, jij die hoofd, hart en handen in beweging zet, wij bidden voor alle Martha’s (M/V) in de wereld: de schoonmakers, de vakkenvullers, de afwassers, de kindwerkers de onzichtbare krachten, de mensen die zorgen voor… Dat zij gezien worden door u en door ons, keer op keer.
Jij die onze gedachten raadt
-Eeuwige, jij die hoofd, hart en handen in beweging zet,
wij maken ruimte voor alles wat ons bezighoudt. Mensen schrijven in ons intentieboek en dit alles nemen we in onze gebeden mee. We bidden voor wie ziek zijn dat mensen zijn die hen  aandacht schenken. Dat er mensen zijn die zorg bieden. Rondom deze tafel staan we stil bij de mensen van wie we afscheid moesten nemen. Zij blijven met ons verbonden over de grenzen van tijd en ruimte heen.
Koester de namen

TAFELGEBED
In dankbaarheid noemen wij jouw naam, God, schepper van al wat is, Jij die ons adem geeft, ons tot leven wekt, jij die met ons meetrekt, ons bevestigt op onze weg. Jij die hoofd, hart en handen in beweging zet, ons ruimte en vrijheid geeft, om tot bloei te komen, mens te worden, ten volle.
In dankbaarheid noemen wij zijn naam, Jezus, één met Jou, één met ons, die ons voorging op zijn weg zich liet dopen,
Jou aansprak als Vader, mensen deed opstaan, licht gaf aan blinden, stem gaf aan doven, hoop gaf aan onderdrukten,
mensen tot leven wekte, Ja zei tegen Jou, ja zei tegen Liefde, ja zei tegen elke mens.
Zo herinneren wij ons in dankbaarheid, de avond voor zijn sterven, waar Hij het brood nam, het zegende en brak met de woorden: ‘dit ben Ik en Ik zeg jullie, dat jij met mij aan tafel
zult eten en drinken in het huis van mijn Vader. ‘
Zo nam hij ook de beker, met alles wat Hem lief en heilig was,
en gaf deze aan hen die bij Hem waren met de woorden:
‘neem de beker van mij over en drink hem samen; maak een nieuw begin en doe wat ik heb gedaan.’
Moge het delen van  dit brood en deze beker ons hart versterken: dat wij vol hoop  meewerken aan een nieuwe wereld waar brood en recht en waardigheid en liefde is voor al wat leeft.
Zo willen wij telkens weer opnieuw  leven in jouw geest verbonden met elkaar, verbonden met de wereld verbonden met Jou, God, zo willen wij bidden, als geliefd kind van Jou,
met woorden die Jezus ons heeft gegeven: ONZE VADER

VREDESWENS | VREDESLIED  waar vriendschap is en liefde
BREKEN EN DELEN  | LIED Miserere mei
GEBED

MEDEDELINGEN

SLOTGEDACHTE
Het feit dat een rabbijn iedere sabbat avond verdween, maakte zijn gemeente nieuwsgiering. Ze verdachten hem ervan dat hij een geheime ontmoeting had met de Almachtige en ze stuurde een van hun leden achter hem aan. Dit was wat hij zag: de rabbijn trok boerenkleren aan en ging een verlamde, niet-joodse vrouw in haar huisje helpen. Hij maakte het huis schoon en zorgde voor het eten.
Toen de spion terug was, vroeg de gemeente aan hem: ‘Wat heb je gezien? Steeg de rabbijn ten hemel?’
‘Nee,’ zei de man, ‘hij ging nog hoger.’

ZEGENWENS
Eeuwige, onkenbare, laat ons van hier gaan
als mensen vol vertrouwen, als mensen die durven doen
als mensen die zorgen voor, als mensen die luisteren naar jouw stem die ons raakt in hoofd, hart en handen.
Laat ons elkaar zegenen en op weg gaan in de naam van de onkenbare die we noemen vader/moeder, zoon en heilige geest.

SLOTLIED Een mens te zijn op aarde

Voorbij eigen welzijn

 

Voorganger Franneke  Hoeks

Pianist Steven van Gool

 

 

 

 

 

Openingslied De vreugde brengt ons naar dit huis 18

Welkom
Welkom bij deze San Salvatorviering. Of je nu iedere week naar onze vieringen komt of af en toe een keertje aan komt waaien: fijn dat u, dat jullie er zijn.
Vandaag zou de cantorij zingen. Maar de ruimte achter de tafel is leeg. Dirigent Peter-Paul heeft corona. Veel leden van de cantorij zitten vandaag wel in de kerk: fijn om jullie te zien! We zoeken een ander moment of het afscheid van de Cantorij te vieren.  Vandaag zingen we lekker samen met Steven achter de piano.
Vorige week deden vier meisjes in deze ruimte hun eerste communie. Een mooi en bijzonder moment dat we mochten vieren met familie en vrienden van deze kinderen. In die viering sprak een 13-jarige een eigen geloofsbelijdenis uit. Ontroerend. Ik hoop dat dit uur ons ook iets van geloof en bezieling brengt en dat we na deze viering durven zeggen ‘ik geloof in…….  ‘ en dat we het lef hebben dat geloof ook handen en voeten geven. Je geloof leven daar gaan de verhalen vandaag over. We horen straks woorden uit het boek Deuteronomium. Mozes is aan het woord en spoort het Joodse volk aan om te leven zoals God het wil. De geboden van de Eeuwige handen en voeten geven. Iedere dag opnieuw. Laten we ons niet van de wijs laten brengen door het woord geboden. Dat klinkt vaak een beetje als opgeheven vingertjes werk. Niet fijn. Misschien kunnen we met open oren luisteren naar geboden in de zin van wijze woorden die ons helpen op onze levensweg. Voor de tweede lezing bladeren we door naar het Nieuwe testament. Het verhaal van de barmhartige Samaritaan klinkt hier vandaag. Iemand op weg … een overval… en dan.
Ook wij gaan op weg dit uur. We reizen langs verhalen, liederen, gebeden, brood en wijn. We starten met stilte. In die stilte kunnen we hier even landen. Gewoon even zitten. Je voeten voelen op de grond. Inademen. Uitademen en samen even de taal van de stilte spreken.

Gebed
Eeuwige, barmhartige, verwarm ons hart, verzacht onze hardheid, maak ons open, leer ons vertrouwen, spoor ons aan,
verbind ons met elkaar, verweef ons met jou geest, en maakt ons tot mensen  die hart hebben voor de noden om ons heen. Amen.

Acclamatie Wek mijn zachtheid  80

EERSTE LEZING Deuteronomium 30,9-14
De Eeuwige, uw God, zal u voorspoed geven in alles wat u onderneemt, u kinderrijk maken en uw vee en uw land vruchtbaar maken. Hij zal er weer vreugde in vinden om u te zegenen, zoals voorheen bij uw voorouders. Want u toont de Eeuwige, uw God, dan uw gehoorzaamheid door de geboden en bepalingen in dit wetboek in acht te nemen, en u wilt de Eeuwige weer met hart en ziel toebehoren. De geboden die ik u vandaag heb gegeven, zijn niet te zwaar voor u en liggen niet buiten uw bereik. Ze zijn niet in de hemel, dus u hoeft niet te zeggen: “Wie stijgt voor ons op naar de hemel om ze daar te halen en ze ons bekend te maken, zodat wij ernaar kunnen handelen?” Ook zijn ze niet aan de overkant van de zee, dus u hoeft niet te zeggen: “Wie steekt de zee voor ons over om ze daar te halen en ze ons bekend te maken, zodat wij ernaar kunnen handelen?” Nee, die geboden zijn heel dicht bij u, in uw mond en in uw hart; u kunt ze volbrengen.

LIED Kom in mij 89

TWEEDE LEZING Lucas 10,25-37
Er kwam een wetgeleerde die Hem op de proef wilde stellen. Hij vroeg: ‘Meester, wat moet ik doen om deel te krijgen aan het eeuwige leven?’ Jezus antwoordde: ‘Wat staat er in de wet geschreven? Wat leest u daar?’ De wetgeleerde antwoordde: ‘Heb de Eeuwige, uw God, lief met heel uw hart en met heel uw ziel en met heel uw kracht en met heel uw verstand, en uw naaste als uzelf.’ ‘U hebt juist geantwoord,’ zei Jezus tegen hem. ‘Doe dat en u zult leven.’ Maar de wetgeleerde wilde zijn gelijk halen en vroeg aan Jezus: ‘Wie is mijn naaste?’ Toen vertelde Jezus hem het volgende: ‘Er was eens iemand die van Jeruzalem naar Jericho reisde en onderweg werd overvallen door rovers, die hem zijn kleren uittrokken, hem mishandelden en hem daarna halfdood achterlieten. Toevallig kwam er een priester langs, maar toen hij het slachtoffer zag liggen, liep hij met een boog om hem heen. Er kwam ook een Leviet langs, maar bij het zien van het slachtoffer liep ook hij met een boog om hem heen. Een Samaritaan echter, die op reis was, kreeg medelijden toen hij hem zag. Hij ging naar de gewonde man toe, goot olie en wijn over zijn wonden en verbond ze. Hij zette hem op zijn eigen rijdier en bracht hem naar een logement, waar hij voor hem zorgde. De volgende morgen gaf hij twee denarie aan de eigenaar en zei: “Zorg voor hem, en als u meer kosten moet maken, zal ik u die op mijn terugreis vergoeden.”  Wie van deze drie is volgens u de naaste geworden van het slachtoffer van de rovers?’ De wetgeleerde zei: ‘De man die hem barmhartigheid heeft betoond.’ Toen zei Jezus tegen hem: ‘Doet u dan voortaan net zo.’

Acclamatie Een schoot van ontferming 35

Overweging
Toen we een paar jaar geleden vanuit het Beraad van Kerken hier in de stad het project de 10 mooiste Bijbelverhalen organiseerden, vroegen we Bosschenaren wat hun mooiste Bijbelverhaal was. Het verhaal van de barmhartige Samaritaan stond in onze gemeenschap op nummer 1.  Een verhaal dat blijkbaar raakt aan iets wat bij San Salvator past. We zijn inmiddels een paar jaar verder en er is het nodige gebeurt in de wereld om ons heen, binnen onze gemeenschap. Een pandemie, een oorlog, spanningen en dan werden we ook nog wat jaartjes ouder.
De Schriftgeleerde stelt Jezus een vraag: ‘Meester, wat moet ik doen om deel te krijgen aan het eeuwige leven?’  Deel krijgen aan het eeuwig leven gaat niet over hemelse paradijzen of een leven na de dood. Eeuwig leven is duurzaam leven, iets wat blijvend, goed en solide voor nu en later. Dat weet deze Schriftgeleerde als geen ander. Jezus stelt een tegenvraag of eigenlijk twee vragen. Wat staat er in de Thora? Gevolgd door een nog belangrijker vraag ‘Wat lees je daar?’.
Die laatste vraag is interessant want woorden opzeggen of voorlezen kan iedereen. Maar ieder mens luistert met zijn of haar eigen oren. Oren die gevormd zijn door je eigen achtergrond en geschiedenis.  Op de vraag wat goed leven is, is geen eenduidig antwoord te geven. Dat antwoord zal moeten ontstaan in gesprek, samen zoekend naar wat ons verbindt.
De Thora deskundige kent de woorden uit zijn hoofd. ‘Heb de Eeuwige, uw God, lief met heel uw hart en met heel uw ziel en met heel uw kracht en met heel uw verstand, en uw naaste als uzelf.’ ‘Goed geantwoord’, zegt Jezus. Eenvoudig toch. Ga het gewoon doen! Dan vraagt de Schriftgeleerde: ‘Wie is mijn naaste?’ Dan volgt het iconische verhaal van de barmhartige Samaritaan.
Wie is mijn naaste? Wie is jouw naaste? Wie is uw naaste? Dat is nog niet zo’n eenvoudige vraag in een wereld een samenleving waarin we steeds meer op onszelf worden teruggeworpen.
Ik las afgelopen maand het pamflet Eigen Welzijn eerst van Roxanne van Ieperen.  Na de tweede wereldoorlog was de middenklasse een dragende stroming in de samenleving. De middenklasse was optimistisch, geloofde in kansengelijkheid en het belang van goede publieke voorzieningen. Nieuwe generaties zouden het altijd weer een beetje beter krijgen.
Het geloof in vooruitgang is de afgelopen jaren sterk afgebrokkeld. Politiek trok zich terug en zelfredzaamheid en participatie werden de nieuwe toverwoorden. Zoek-het-zelf-maar-uit werd langzaam gemeengoed. Volgens van Ieperen zijn we een egoïstische samenleving geworden waarin mensen vooral bezig zijn met hun eigen hachje.  Als ik het zelf maar goed heb en mijn naasten, de mensen uit mijn eigen kringetje ook.
In het licht van de analyse van van Ieperen is de vraag wie is mijn naaste een fundamentele, bijna revolutionaire vraag die misschien vooral een antwoord zoekt op de vraag wie is niet mijn naaste? Waar houdt mijn verantwoordelijkheid op?
In de tijd van Jezus gingen Joden en Samaritanen niet samen. Het waren groepen die niet mixten. Een beetje zoals mijn moeder af ten toe vertelt over dat zij vroeger niet bij de protestantse bakker brood gingen kopen.  De priester en de leviet lopen voorbij. Ze laten zich niet raken door het leed van de man. Ze steken de staat over en gaan door met hun leven. Hoe vaak doen wij dat wel niet? Hoe vaak doe ik dat wel niet? Geen tijd, niet durven, niet zien, niet willen zien.
Maar die man ligt er nog steeds. Hij kan even niet voort op eigen kracht. Goddank komt er iemand voorbij, iemand die notabene niet deugt, niet ons soort, niet van onze club, niet onze huidskleur, niet ons geloof.  Maar hij doet wat je van een mens mag verwachten. Hij ziet, wordt geraakt en komt in beweging. Juist degene die niet in ons hokje past, blijkt naaste te zijn.

Met dit verhaal doorbreekt Jezus het hokjesdenken en daagt ons uit om over onze eigen grenzen na te denken.  Over onze bubbels waarin we vooral mensen zien en tegenkomen die zijn zoals wij.
Wie is mijn naaste? De Samaritaan doet wat hij kan. Hij redt die ene mens en volgens de Joodse wijzen red je dan de hele wereld. Hij laat zich even ophouden, doet wat nodig is en vervolgt zijn weg. Hij neemt de halfdode niet mee naar huis, maar zorgt ervoor dat  de reiziger een plek heeft om te herstellen en  weer richting leven gaat. Wat  de Samaritaan doet, dat kunnen we allemaal. Die ene, die op onze weg komt, dat kunnen we aan.
De tekst uit Deuteronomium speekt over dat wat God van ons vraagt niet iets onmogelijks is.  Je hoeft de zee niet over te steken of  op te stijgen tot de hemel om de geboden van God te kennen. We gaan vaak al steigeren bij het woord geboden.  Geboden zijn misschien wel kernwijsheid die in ieder mens verborgen zit. Leven in de naam van God is niet te zwaar. Neem de woorden van God in je mond, doe ze met je handen, leef ze! Laat je raken door wat er om je heen gebeurt.
Ik hoop eigenlijk dat het verhaal van de barmhartige Samaritaan hier vandaag klinkt als een wake-up call.  Een tegendraads verhaal dat ons uitdaagt om voorbij eigen welzijn eerst te leven.  Het goede leven, het leven met eeuwigheidswaarde is een leven dat oog heeft voor wat anderen nodig hebben. Want mijn welzijn, ons welzijn is ten diepste verbonden met het welzijn van anderen. Als we durven om wie dat nodig heeft te helpen dan ontstaat er leven, dan keren we het tij van ieder voor zich. Dan reizen we samen en mogen we vertrouwen op alle mensen die we op ons pad tegenkomen.

Geloofslied Op mijn levenslange reizen 114

Klaarmaken tafel | collecte | instrumentale muziek

VOORBEDE

Barmhartige, we bidden voor al die mensen op de wereld die wel barmhartige Samaritanen kunnen gebruiken. Mensen op de vlucht, mensen in nood, mensen in de steek gelaten. Dat zij altijd mensen mogen ontmoeten, zien, bewogen worden en in beweging komen.

ACCLAMATIE God bewaar mij 60

Barmhartige, we bidden voor mensen die op grote en kleine wijze proberen levens van anderen beter te maken. We bidden voor al die eigentijdse barmhartige Samaritanen die uit hun eigen bubbel stappen om de ander te helpen.

ACCLAMATIE God bewaar mij 60

Barmhartige, we bidden voor mensen die soms stranden op hun levensweg, mensen zoals wij. Dat er in geval van nood altijd handen zijn die zich naar een ander uitstrekken en mensen weer op de been helpen.

ACCLAMATIE God bewaar mij 60

Barmhartige we bidden voor alle intenties en gebeden  die zijn toevertrouwd aan ons intentieboek. We vragen jouw steun voor iedereen die ziek is. We staan stil bij de mensen die we moeten missen, onze dierbare overledenen. Dat zij thuis mogen zijn bij in jouw aanwezigheid

ACCLAMATIE God bewaar mij 60

 

TAFELGEBED

In de geest van jouw Liefde  zijn wij hier samen, als vrienden aan één tafel, om Jou te danken voor alles wat groeit en bloeit, voor de wereld waarop wij wonen, dat Jij een moeder en vader wilt zijn, voor grote en kleine mensen, dat Jij ons roept om goed te zijn, om brood te delen met elkaar, dat jij ons samen brengt, tot verbondenheid met iedereen.
Wij danken Jou voor Jezus van Nazareth, mens onder mensen, in wie Jij zichtbaar werd, als die nabije Ander, als vriend begaan met ons, als broeder uit één familie,  verbonden en betrokken met ieder die op zijn pad kwam.
Zo ging hij ons voor, op weg naar vrede en geluk, door blinden een gezicht te geven, door onderdrukten op te tillen, door stommen een stem te geven, door verlamden op de been te zetten, door doden te laten leven. Zo vroeg Hij ons te doen wat hij heeft gedaan: het leven te delen, in vriendschap met elkaar.
Daarom zijn wij hier bijeen, zoals die laatste avond.
Terwijl Hij dankte voor de gaven, brak Hij het brood
en deelde het uit aan zijn vrienden en zei: Dit is mijn lichaam dit ben ikzelf voor jullie gebroken.
Doe wat ik heb gedaan noem niemand je vijand, maar iedereen je vrienddeel met elkaar het brood van alledagen blijf samen onderweg.
Toen nam Hij een beker met wijn gaf die aan zijn vrienden en zei: Drink uit deze beker mijn bloedeigen leven deel met elkaar vreugde en verdriet deel met elkaar de lucht, het water en het land en alles  wat de aarde je te bieden he­eft.
Daags daarna is Jezus gestorven maar niet voorgoed.  Telkens  als wij samenzijn, als vrienden aan één tafel, ontmoeten wij Jezus, in het delen van brood en wijn, voelen we ons door Hem en met Hem verbonden, herkennen we Hem in elkaar.

Verbonden met elkaar en met Hem, zingen we samen het gebed dat Jezus ons gegeven heeft:

ONZE VADER gezongen 109

VREDESWENS

VREDESLIED Gij moet het eenzaam laten 58

De vierde man of vrouw komt achter de tafel staan

Delen van brood en wijn | Instrumentale muziek

LIED Eet en drinkt van brood en wijn 12

GEBED

Barmhartige, dank voor brood en wijn
die we hier mochten delen met elkaar.
Brood en wijn als aansporing
om voorbij ons eigen welzijn
te kijken en te handelen.

MEDEDELINGEN

SLOTGEDACHTE – De armen van Jezus

In een klein bergdorpje staat een kerkje met een heel oud Jezusbeeld. Het beeld is lelijk toegetakeld door de jaren en door de oorlog. Het heeft geen armen meer.
Op een dag kwam de koster naar de pastoor met een voorstel. ‘Er is een jonge beeldhouwer in ons dorp komen wonen. Zullen we hem vragen om nieuwe armen te maken voor ons Jezusbeeld?’
De pastoor dacht lang en diep na over het voorstel. Uiteindelijk schudde hij zijn hoofd. ‘Onze Jezus is mooi zoals hij is’, zei hij. ‘Maar ik ga er iets bijschrijven.’
En op de witte muur schreef de pastoor; ‘Jezus heeft geen armen meer, maar hij heeft die van jou!’

ZEGENWENS

Door verhalen geïnspireerd,
door brood en wijn gesterkt,
door gebed en lied bemoedigd,
door ontmoeting weer verkwikt,
gaan wij van hier de wijde wereld in.
Laat ons gaan
met een ogen die zien
harten die zich laten raken
en handen die zich uitstrekken
naar wie onze hulp maar nodig heeft.
Laat ons gaan in de naam van de barmhartige
die we kennen als Vader/moeder, zoon en heilige geest.

SLOTLIED Om warmte  103