Licht moet er zijn

Elk blad ademt de boom tot leven

San Salvatorgemeenschap 8 – 9 feb. 2014
Thema: Licht moet er zijn
Voorganger: Maria van den Dungen
Muzikale ondersteuning: Melodiek

Openingslied: Hier gaan we zingend

Welkom
Goedemorgen, welkom in deze viering Wie je ook bent, waar je ook vandaan komt, wat je ook komt zoeken. Welkom in dit gebouw, in dit huis van mensen, dit uur ook huis van God. Welkom aan bekenden, welkom aan wie hier aarzelend, als vreemde is binnengekomen. Welkom voor dit uur van samenzijn, dit uur waarin wij samen naar het Woord luisteren, waarin wij samen bidden en zingen, onze zorgen en vreugde met elkaar delen. Fijn dat u er bent!
Laten we deze viering beginnen onder Gods zegen: Vader, Zoon en H. Geest amen.

Martien van Stiphout had 2 weken geleden als thema: Licht in het land van duisternis; vandaag is het thema van de viering: Licht moet er zijn. Toeval, ja; maar als het woord Licht in de betekenis van tegenstelling van donker in het Tweede testament al meer dan 50 keer voorkomt dan is het toch al minder vreemd.
Bovendien horen we andere lezingen en ook zijn Martien en ik als mens verschillend, dus hoop ik dat we elkaar aanvullen en dat u straks weer verlicht naar huis zult gaan.
Laten we eerst maar even stil zijn voor gebed:

Gij oorsprong van het licht
die onze naam kent,
die weet hoe wij verlangen
naar vreugde en geluk.
In Jezus bent U ons nabij gekomen,
als Licht in onze duisternis.
Wees bij ons, Licht dat ziende maakt,
in dit uur van samenzijn rond uw woord
en rond de tafel van breken en delen.
Dat we U en elkaar erin mogen herkennen.
Amen
Acclamatie za: Licht zal ons leven zijn – zo: Die ons voor het licht gemaakt hebt

Eerste lezing: Het licht (Schrijver onbekend)
Ergens aan het einde van de wereld, brand een heel mooi en warm licht. Om daar te komen is het heel erg ver en moeilijk lopen, maar wie het lukt om iets van het licht naar huis te halen, die krijgt warmte en geluk in zijn leven.
Een vrouw dacht, daar ga ik heen en ging op weg. Na heel veel moeilijkheden en een wandeling met veel moeite, kwam ze eindelijk aan.
Ze stak haar kaars aan het grote helle licht aan en begon heel erg gelukkig weer aan haar terugweg. Onderweg kwam ze een man tegen. Hij zat aan de berm van de weg en had het vreselijk koud.
‘Ach’, zei de man, ‘heeft u niet een beetje licht en warmte voor mij?’
De vrouw twijfelde en overlegde, is mijn licht niet te kostbaar om het verder te geven? Zal ze dan niet uitgaan? Maar, haar goede hart overwon en ze gaf de kleumende man een beetje licht en ging haar weg weer verder.
Toen ze haar huis al in de verte kon zien, begon het vreselijk te waaien en te stormen.
Ze probeerde zo goed het ging, om het licht onder haar mantel te redden, maar regen en wind lieten het licht uitgaan. Alle moeite voor niks? Had ze de hele lange weg voor niks gelopen? Een tweede keer deze moeilijke weg lopen, ging niet, dat hield ze niet vol. Toen dacht ze aan de man, die ze onderweg licht had gegeven.
Dat lukt me, dacht ze, daarvoor heb ik nog kracht genoeg om naar de man te lopen. Ze draaide om en vond de man werkelijk. Bij hem was het nu warm en licht. Zo kon de vrouw aan de vlam van zijn licht, haar kaars nog een keer laten branden. En haar licht naar huis brengen.
Tussenzang: Om warmte gaan wij een leven

Evangelie Matteüs 5, 13-16 De roeping der discipelen
Jullie zijn het zout van de aarde. Maar als het zout zijn smaak verliest, hoe kan het dan weer zout gemaakt worden? Het dient nergens meer voor, het wordt weggegooid en vertrapt.
Jullie zijn het licht in de wereld. Een stad die boven op een berg ligt, kan niet verborgen blijven. Men steekt ook geen lamp aan om hem vervolgens onder een korenmaat weg te zetten, nee, men zet hem op een standaard, zodat hij licht geeft voor ieder die in huis is. Zo moet jullie licht schijnen voor de mensen, opdat ze jullie goede daden zien en eer bewijzen aan jullie Vader in de hemel.
Acclamatie: Bij u is de bron van het leven

Overweging
Vorig weekend werden de Zaligsprekingen gelezen, het bijbelfragment, dat aan de lezing van vandaag vooraf gaat. Helemaal begeesterd zijn de leerlingen als ze de berg afkomen. En dan zegt Jezus vervolgens: jullie zijn het zout van de aarde, het licht van de wereld. Dat is nogal wat. Het lijkt niet eens een opdracht, zo van jullie moeten zo zijn, nee, hij zegt jullie zijn het!
Maar waarom Zout en Licht?
Zout was kostbaar in de oudheid, soldaten werden uitbetaald in zout. Maar voor woestijnbewoners kon het van levensbelang zijn. Zout geeft weer kracht. Dat is vooral in warme landen belangrijk omdat door het vele zweten het zoutgehalte in het bloed daalt. Gasten gaf men zout als teken dat ze welkom waren.
Zout was voor de joden een beeld voor het verbond tussen JHWH en zijn volk. (‘De Heer heeft met zijn volk een zoutverbond gesloten.’ Kronieken2)
Als Jezus dus zegt dat we zout zijn, horen we er voorgoed bij, zijn we deel van dat verbond en dat heeft consequenties.
Zout geeft smaak, gaat bederf tegen, maar is geen doel op zich. Een beetje zout doortrekt het hele gerecht, het kan net dat verschil maken. Maar je gaat geen zout eten, niemand zal dat bestellen in een restaurant.
En dan Licht: meteen na de constatering in de eerste regels van de bijbel dat de aarde woest was en er duisternis heerste zegt God: Er moet licht zijn. De eerste daad van God is het scheppen van het licht. En daarna komt de rest, licht was de voorwaarde voor al het andere. Voor het leven dat ontstond, maar ook voor de ordening daarvan. Licht geeft kleur, maakt het mogelijk om te zien en vooral belangrijk te onderscheiden. Maar ook licht is geen doel op zich: het licht van een lantaarnpaal is alleen belangrijk omdat het zicht verbeterd wordt en de veiligheid vergroot.
Als wij dus zout en licht zijn is dat alleen van belang als het effect heeft op onze omgeving, als die er door verbeterd wordt. Het werd gezegd direct na de zaligsprekingen, dat is niet toevallig zo. Daarin gaat het over een rijk waar het gebod van de liefde heerst. We zingen in een lied “Er is een Woord, dat eeuwiglijk zal duren, en wie ’t verstaat, die is niet meer alleen. Het Hebreeuwse woord Dabar betekent: woord en daad, zeggen en doen. Die twee zijn niet van elkaar te scheiden. Mensen zijn ook niet van elkaar te scheiden, staan in een relatie met elkaar, vormen een gemeenschap. Het gaat erom dat wij in de samenleving duidelijk aanwezig zijn, Je Christen noemen en je daar niet naar gedragen is als zout dat zijn kracht verliest.
Het gaat er niet om dat we zo bijzonder zijn, de eerste leerlingen waren ook niet zo’n uitzonderlijke lichten, we hebben het dan over Petrus, die Jezus zou verloochenen, over Judas, die hem heeft verraden en over het hele stelletje, dat sliep toen het erop aan kwam in de Hof van Olijven. Jezus zoekt dus geen supermensen, hij heeft gewone mensen nodig, die hun verantwoordelijkheid nemen. Jij bent belangrijk voor anderen, precies zoals je bent. Wij hoeven niet op te vallen door bijzondere vroomheid, door het streven naar een plaats in de hemel, al werd dat wel vaak zo opgevat.
In de bijbel is God niet alleen de Schepper van onze wereld, maar ook degene, die een kritisch oog gericht houdt op de gang van zaken. En Jezus was niet populair bij de priesters en farizeeën omdat Hij de misstanden uit zijn tijd aan het licht bracht.  Veel mensen zwijgen liever dan dat ze praten over wat zij belangrijk vinden, omdat zij zich geen moeilijkheden op de hals willen halen, omdat zij graag goede vrienden blijven. Toch moedigt Jezus zijn leerlingen aan om niet zo maar dingen te laten gebeuren, om kritisch te kijken naar onze samenleving. We hoeven niet allemaal op de barricade, maar wel betrokken zijn, zorg hebben voor wie het nodig heeft. Jezus geeft ons een identiteit en opdracht mee. “Gij zijt het Licht der wereld”. Licht laat je zien, dat stop je niet weg.
Geloofslied za: Uit vuur en ijzer – zo: de woorden die wij spraken tot elkaar

De tafel wordt klaargemaakt en er wordt gecollecteerd

Voorbede
Tot God, bron en oorsprong van ons leven, licht op onze weg,
bidden wij vol vertrouwen:

God wij vragen U:
Dat er licht mag zijn ; licht in onze ogen
zodat we elkaar kunnen zien, zo goed als nieuw
Licht in onze harten:
Dat wij ruimte scheppen, plaats maken voor velen
Licht in onze gedachten:
Dat wij komen tot nadenken en eerlijke besluiten
Laat ons zingend bidden

Kom over ons met uw geest

God wij vragen U:
Geef kracht aan mensen die zijn als zout in deze wereld,
dat ze blijvend smaak en zin geven
aan het leven van de mensen om hen heen.
dat er mensen als zout in deze bevroren wereld willen zijn
dat ze nóg meer mensen kunnen ontdooien
die vastzitten in hun moordende economische logica.
Dat ze warmte scheppen op plaatsen waar het ijzig koud is.
Laat ons zingend bidden:

Kom over ons met uw geest

Voor onze zieken en hen, die de moed verliezen
vragen wij om Uw kracht en verlichting.
Wij bidden in stilte voor de intenties uit ons boek
En voor die van ons eigen hart
In dit uur bidden we voor hen die voortleven in ons hart
dat zij thuis gekomen mogen zijn in Uw Licht.
Laat ons zingend bidden:

Kom over ons met uw geest

Tafelgebed
Jij die bent: ‘ik zal er zijn voor u’,
Gezegend ben je, om het licht, dat ons omringt,
om jouw adem, die ons doet leven;
om moeder aarde waaruit wij zijn geboren
om het nieuwe land waarheen wij gaan.
Om Jezus Messias, die onze weg is naar het leven,
Hij nam de laatste avond
dat hij met zijn vrienden samen was,
wat brood, door mensen gemaakt,
liet het in zijn handen rusten
en koesterde het met een eerbiedig zwijgen.
Hij dankte God er voor
en brak het toen om het te verdelen:
Neem allen een stuk, zei hij, en eet het maar.
In dit gebaar kom ik naar jullie.
Want voedsel moet gemeenschap stichten
van lichaam en ziel, van lichaam en bloed.
Neem en eet het, dit is mijn leven.

Toen vulde hij een beker met wijn en liet hem rondgaan.
Want hun dorst naar diepe verbondenheid was groot.
Drink ook hieruit, zei hij,
en voel dat leven sterven is
en een nieuwe geboorte pijn doet.
Deze wijn moet liefde worden;
verwantschap in hetzelfde bloed: dit is mijn testament.

Toen is het stil geworden
als bij een afscheid dat geen afscheid is.
De tekens hadden nieuwe hoop gewekt.
We leven niet naar een verre toekomst.
We leven naar de meest nabije mensen.
Geef jezelf als voedsel, geef het voedsel als jezelf.
Dan wordt lijden omgevormd tot verrijzenis.
Acclamatie za: Als wij dan eten mogen eten van dit brood – zo: Moge het delen van dit brood
Onze Vader

Vredeswens
Vrede begint waar wij we elkaar aankijken
en in de ander iets van onszelf herkennen.
Dan wens je elkaar als vanzelf: Vrede en alle goeds.

Acclamatie: Waar vriendschap heerst en liefde

Uitnodiging communie
Als je echt iets wilt met deze wereld, dan moet je delen, dat zullen we telkens moeten oefenen, tot het a.h.w. in ons systeem zit. Kom en deel maar mee.
Communie zang za: Zo vriendelijk en veilig als het licht – zo: Dat wij niet slapen

Gebed na communie
In Godsnaam …jij met je licht,
kom, en schijn in zoveel donker
alles donker, zonder Jou

Als jij komt schijnen prachtig licht
Mag ik dan meedoen?
Een gloed van waarheid, helder zicht

Allemachtig mooi licht, levend licht
Zo onbegrijpelijk; God
overstroom ons hart en wij leven.

Slotgedachte  De haan en de zon

Er heerst grote beroering op de kippenboerderij.  De haan is ziek, hij is zijn stem kwijt en kan morgen dus niet kraaien als de zon opkomt.
De kippen rennen chaotisch heen en weer en kakelen paniekerig, want als hun heer en meester morgenochtend niet kan kraaien, gaat de zon niet op. Ze denken dat de haan met zijn gekraai de zon roept, en zijn bang dat het de volgende dag donker zal blijven.
De volgende ochtend loopt de spanning op de boerderij enorm op. De zieke haan klimt uiteindelijk met veel moeite op de hoge mesthoop en opent zijn bek om te kraaien, maar het lukt niet. Keer op keer probeert hij het, echter zonder succes. Intussen komt de zon op. De kippen zijn geschokt, want de zon verschijnt gewoon, ook zonder het geroep van hun meester! Ze verjagen de haan, de grote bedrieger van de boerderij.
De volgende ochtend slapen de kippen als de zon opkomt, want er is geen haan die hen wakker roept om het wonder van de zonsopgang te aanschouwen.

Zegen
Laat ons nu gaan in vrede –
Moge daarbij het vuur van de Enige
ons vergezellen: licht en warmte.
Moge lichten over ons onze God:
Vader, Zoon, heilige Geest.
Amen.

Slotlied za: Gij zijt voorbij gegaan – zo: Nu wij uiteengaan

Nog geen reacties

Reactie plaatsen