In gesprek met de traditie

Elk blad ademt de boom tot leven

Geloofsgemeenschap San Salvator 25-26 aug 2012
Thema: In gesprek met de traditie
Voorganger: Gepke Kerssen
Muzikale ondersteuning: Melodiek

Openingslied: za Hier gaan wij zingend –
zo Hier wordt een huis voor God gebouwd

Moment van stilte en drempelgebed
In de stilte van dit huis noemen wij uw naam:
God die er zal zijn.
Maak ruimte in ons, zodat U bij ons kunt wonen,
schenk ons woorden van leven
steek ons aan met het vuur van uw liefde
Acclamatie: Die ons voor het licht gemaakt hebt

DIENST VAN HET WOORD
Toelichting bij de teksten
Als Johannes zijn evangelie schrijft, is de tempel in Jeruzalem al verwoest. Zijn gemeenteleden mogen bovendien niet meer in de synagoge komen. Het moet voelen alsof je bent afgesneden van je wortels: zonder ‘huis’ en zonder ‘moederkerk’. Hoe herkenbaar voor onze San Salvatorgemeenschap!
Dan vertelt Johannes over Jezus: hoe ook Hij in conflict kwam met de leiders van zijn geloofsgemeenschap. In mystieke taal verwoordt Johannes wat Jezus voor hem betekent.
Geen gemakkelijke tekst en dat geldt nog meer voor de andere tekst over de man-vrouwverhouding in het huwelijk. De tekst is geschreven door een leerling van Paulus.

Het proces van voorbereiding
In de voorbereidingsgroep bespraken we of je zulke teksten nog wel moet lezen: de één in een taal die je niet meer begrijpt, de ander met een verouderd, onderdrukkend mensbeeld, dat zo veel kwaad heeft gedaan en ons opnieuw boos maakt. Maar er zijn nog steeds mensen in onze kerken die zo denken en daarom kiezen we er voor om iets terug te zeggen en te formuleren hoe wij dan wel denken over intieme verhoudingen tussen mensen. Dus: in gesprek met de traditie

Eerste lezing: Efeziërs 5: 21-33
Aanvaard elkaars gezag uit eerbied voor Christus. Vrouwen, erken het gezag van uw man als dat van de Heer, want een man is het hoofd van zijn vrouw, zoals Christus het hoofd is van de kerk, het lichaam dat hij gered heeft. En zoals de kerk het gezag van Christus erkent, zo moeten vrouwen in ieder opzicht het gezag van hun man erkennen. Mannen, heb uw vrouw lief, zoals Christus de kerk heeft liefgehad en zich voor haar heeft prijsgegeven om haar te heiligen, haar te reinigen met water en woorden en om haar in al haar luister bij zich te nemen, zodat ze zonder vlek of rimpel of iets dergelijks zal zijn, heilig en zuiver. Zo moeten mannen hun vrouw liefhebben, als hun eigen lichaam. Wie zijn vrouw liefheeft, heeft zichzelf lief. Niemand haat ooit zijn eigen lichaam, integendeel: men voedt en verzorgt het, zoals Christus de kerk, want dat is zijn lichaam en wij zijn de ledematen. ‘Daarom zal een man zijn vader en moeder verlaten en zich hechten aan zijn vrouw, en die twee zullen één lichaam zijn.’ Dit mysterie is groot – en ik betrek het op Christus en de kerk. Maar ook voor elk van u geldt dat ieder zijn vrouw moet liefhebben als zichzelf, en dat een vrouw ontzag moet hebben voor haar man.

Lied: za Blijf niet staren op wat vroeger was – zo Waar vriendschap is en liefde

Tweede Lezing: Johannes 6:60-69
Veel leerlingen die het gehoord hadden zeiden: ‘Dit zijn harde woorden, wie kan daarnaar luisteren?’
Jezus wist wel dat zijn leerlingen protesteerden en zei tegen hen: ‘Ergeren jullie je hieraan? Maar als jullie nu de Mensenzoon zouden zien opstijgen naar waar hij eerst was?
Hij is uit de hemel neergedaald als manna, maar nu voedsel voor de geest. Brood dat leven brengt, eeuwig leven.
De Geest maakt levend, het lichaam dient tot niets. Wat ik gezegd heb is geest en leven.
‘Maar sommigen van jullie geloven niet.’ Jezus wist namelijk vanaf het begin wie er niet geloofden en wie hem zou uitleveren. ‘Daarom heb ik jullie gezegd,’ zei hij, ‘dat iemand alleen bij mij kan komen als het hem door de Vader gegeven is.’ Toen trokken veel leerlingen zich terug en gingen niet verder met hem mee.
Jezus vroeg nu aan de twaalf: ‘Willen jullie soms ook weggaan?’ Simon Petrus gaf antwoord: ‘Naar wie zouden we moeten gaan, Heer? U spreekt woorden die eeuwig leven geven, en wij geloven en weten dat u de heilige van God bent.’

Lied: za God heeft het eerste woord – zo Gij hebt woorden van eeuwig leven

Overweging
De gemeente van Johannes is dakloos geworden, geen tempel meer geen synagoge, plaatsen waar je God kon ontmoeten. Ze zijn uit de geloofsgemeenschap gezet.
Zoals ook wij hier voortkomen uit de traditie van de moederkerk, maar er niet meer mee samenvallen. Je moet opnieuw je weg vinden. Je bent het met bepaalde zaken niet eens, maar je gooit niet alles weg. Je weegt die oude woorden die je hebt meegekregen, je geeft ze een nieuwe betekenis. Je vindt nieuwe woorden die ruimte scheppen voor de ontmoeting met God. Aanstekelijke woorden..

Johannes is dakloos maar zoekt een nieuw onderkomen voor zijn hart, voor zijn ziel. Geen huis van stenen, maar een menselijk huis om God te ontmoeten.
Meer dan je huis geven mensen je het gevoel thuis te zijn. Voor ons is de gemeenschap van de San Salvator nog belangrijker dan het vertrouwde kerkgebouw.
Jezus opent voor Johannes de deur naar God. Waar er over Hem gesproken wordt en waar mensen proberen om de weg van Jezus te gaan, daar is het huis voor de ziel van Johannes.
Johannes wil dat graag overdragen. Hij vertelt hoe ook Jezus conflicten had met de leiders van de geloofsgemeenschap.
Harde woorden spreekt Jezus volgens zijn discipelen. Maar het gaat ook over wat leven brengt tegenover wat dor en doods is geworden. De leer kan mensen hinderen om God te ontmoeten. Voor de joden waren de woorden van God als het licht, waardoor je je weg in het leven kon vinden. Als brood voor onderweg. Geen gemakkelijke kost, ook toen al niet. De opgeschreven woorden van God moeten steeds opnieuw uitgelegd worden en gaan leven.
De uitleg van veel schriftgeleerden zijn een dode vorm geworden, zelfs een last. Jezus spreekt over een lichaam, zonder geest. Vrome woorden zonder inspiratie, zonder bevrijdende daden. De joodse leiders kijken neer op de mensen van Galilea, een achtergebleven gebied. Ze kijken neer op Jezus, want ze kennen zijn ouders, eenvoudige mensen. Daar kan dus nooit wat goeds uit voortkomen. Terwijl de Bijbelverhalen laten zien hoe God mensen verrassend uitkiest, mensen van wie je het niet zou verwachten. Mensen die licht brengen, woorden van leven doorgeven. Dat maakt dat je anders naar mensen gaat kijken en luisteren: naar onopvallende mensen in wie je iets heel bijzonders ontdekt; naar lastige mensen die zich vol vuur in kunnen zetten voor de goede zaak; naar stille mensen die in één zin meer kunnen zeggen dan anderen in een uur; naar jongeren die van alles verwachten van de toekomst.
Je hebt een open levenshouding nodig om het te kunnen zien. Wie God vastlegt in strikte denkbeelden zal het niet zien. De mensen in Galilea zien het: Waar Jezus komt, worden de woorden waar. Daar is er ruimte voor hen, de mensen die er anders buiten vallen. Daar komt licht, daar komt leven. Daar wordt de ziel van mensen gevoed.
Voor Johannes is het waar wat Jezus zegt: Ik ben het licht. Ik ben het brood.
De woorden van Jezus die Johannes aan ons doorgeeft, geven ook ons ruimte. Ruimte voor nieuwe woorden die gevonden worden in pittige gesprekken met de traditie en met elkaar. Woorden die ook in onze tijd licht brengen en ons helpen om zo te leven dat het leven zinvol is, dat het anderen goed doet en waardoor mensen aan God denken.
En waar zie je beter wie wij zijn, waar we voor staan dan in onze intiemste relaties, onze relaties met onze partner, onze kinderen, familieleden en vrienden. In dat dagelijkse leven zie je of de één de ander stimuleert of inperkt. Of wie aanklopt hartelijk wordt ontvangen of wordt buitengesloten. Je ziet inhaligheid of goedgeefsheid. Het verzwijgen van problemen of het praten erover. Hoe er als een team wordt geopereerd of dat er één de baas speelt.
Daarom is het goed dat de schrijver van de brief aan de mensen van Efeze over het huwelijk praat, al schrijft hij als kind van zijn tijd alleen over het huwelijk tussen een man en een vrouw.
We lezen deze tekst over het gezag van mannen over vrouwen, omdat er ook in onze tijd mensen zijn die dit vinden. Deze tekst wordt nog altijd gebruikt en misbruikt om vrouwen klein te houden en homo’s en lesbiennes buiten te sluiten. En ook in onze tijd waarin er officieel geen gezag van de mannen over vrouwen bestaat, zie je soms nare vormen van machtsmisbruik, van mannen, maar soms ook van vrouwen.
Daarom is het goed om in de kerk na te denken over hoe wij met onze dierbaren omgaan. We gaan in gesprek met deze briefschrijver en met mensen in onze tijd die net zo denken.
Ik doe dat in de vorm van een brief van de echte Paulus aan de schrijver van deze brief, een leerling van hem.

Beste leerling,
Ik heb jouw brief in Efeze gelezen. In deze brief schrijf je heel mooi over de liefde. Het gaat niet alleen om mijn geluk maar het geluk van mensen samen. Daarnaast schrijf je over het gezag van mannen over vrouwen in hun huwelijk. Ik ben daarvan geschrokken.
In mijn preken en brieven heb ik altijd de nadruk gelegd op de vrijheid die ons door God is geschonken in Jezus. Het is mijn levenswerk geweest om aan niet-joden over Jezus te vertellen. Ik heb daarbij steeds gesteld dat zij zich niet hoeven te houden aan de strenge joodse leefregels. Regels zijn hulpmiddelen. Het gaat om je levenswijze. Dat je hart openstaat voor God en voor je medemensen. Dat heb ik van Jezus geleerd.
In onze samenlevingen hebben vrouwen een ondergeschikte rol. Maar Jezus maakt ook hen tot brengers van de boodschap die bevrijdt en heel maakt. Er zijn geen scheidslijnen meer tussen mannen en vrouwen. Dat zijn niet alleen mooie woorden. Je hebt gezien hoe ik hartelijk omga met mijn vrouwelijke collega’s, hoe ik hen waardeer en in hen geloof.
Ben je geschrokken van de vrijheid van vrouwen in onze gemeentes? Vind je toch de normen van onze samenleving belangrijker dan de vrijheid die wij hebben geleerd van Jezus?
Onze gemeentes groeien. Bewegingen die groeien hebben de neiging om zich toch maar aan te passen aan de omgeving. Dat geeft je meer macht, maar dat moeten wij niet zoeken. Voor mij is die vrijheid zo wezenlijk. We mogen dankbaar gebruik maken van ieders kwaliteiten in de gemeente. Niemand heerst over de ander. Zo mag het ook in een partnerrelatie gaan.
Wie schrijft die blijft. Jouw woorden zullen misbruikt worden. Alleen die woorden over het gezag van de mannen zullen blijven hangen en die over de liefde verdwijnen.
Toch zet het mij aan het denken over het woord gezag. Want alleen maar liefde kan ontaarden in het wegcijferen van jezelf. Je komt dan niet meer op voor wat voor jou van waarde is, voor wat jij te zeggen hebt.
Naast liefde is er ook verantwoordelijkheid voor elkaar: voor het geld dat binnen komt en dat er niet te veel wordt uigegeven; de verantwoordelijkheid voor het huishouden, het gezin. Als één van de twee daarvoor verantwoordelijk is, past dat dan bij die persoon? Wordt die niet te zwaar belast? Onderschat je de ander niet?
Als je samenleeft is liefde niet voldoende. Je moet ook praten over verantwoordelijkheden. Oog hebben voor elkaars kwaliteiten, ruimte scheppen voor elkaar, bijsturen als de dingen altijd gaan op haar of zijn manier.

Ik hoop dat mijn woorden je het inzicht brengen, dat je gezag samen kunt dragen,
Paulus.

Geloofslied: za Jij die voor alle namen wijkt – zo Een mens te zijn op aarde
Muzikaalintermezzo en collecte

Voorbeden met: za Samen hem achterna – zo Laat onze woorden stijgen
Bevrijdende God
Wij bidden voor mensen die bekneld raken door de traditie.
Dat er oog komt voor de moeilijke omstandigheden waarin mensen kunnen verkeren,
oog voor de eigenheid van mensen, voor veranderingen in de samenleving.
Dat wij zoeken naar nieuwe antwoorden en nieuwe vormen die mensen recht doen.

Wij bidden voor vrouwen die gehinderd worden
om hun talenten te ontplooien in gezin, samenleving of kerk,
die in een bepaalde rol worden gedrongen die niet bij hen past.
Dat er vrijheid komt, zodat ieder mens mag worden zoals U hem of haar hebt bedoeld
Voor homo’s en lesbiennes die worden uitgescholden, mishandeld
of die in sommige landen niet mogen bestaan.
Dat er ruimte komt voor hun manier van samenleven.

Wij bidden voor wie zich vasthouden aan de traditie
uit angst de grond onder hun voeten te verliezen.
Voor twijfelaars: mensen die het oude hebben losgelaten
en nog geen nieuwe woorden hebben gevonden.
Dat zij de vreugde mogen ervaren van het samen ontdekken
van wat van waarde is in onze tijd.
Voor mensen die de traditie voor ons opnieuw openleggen
en zoeken naar wat ons met andere tradities verbindt.
Geef hun woorden vleugels.

Voor eigen intenties
Voor onze geliefde doden

Dat wij mogen leven in de vrijheid die U ons geschonken hebt.

Tafelgebed: Er was eens een man
Gij, God van alle tijden van begin tot einde, van hier en overal
Gij, die met ons zijt van de moederschoot af tot voorbij ’t graf
Gij, die in ons brandt als stuwend vuur dat niet te blussen is
als vurig leven niet te stuiten Wees voelbaar in ons midden
Gij, die Uw naam geschreven hebt in ons binnenste, gegrift in ons hart
Gij, die wordt doodgezwegen gekend van horen-zeggen
en soms gezien met eigen ogen dat wij U horen mogen met hart en ziel
Gij die stamelaars laat profeteren stuntelaars wonderen laat doen
Gij die door wijzen wordt beleden, door eenvoudigen gevierd
wees hier aanwezig in ons. in onze kinderen een voor een

Gij hebt U doen kennen in talloze mensen, van vroeger en nu
in Jezus vooral kind van mensen roep om het liefste,
kind van belofte sprekend gelijkend op U.
Zijn licht wordt nog steeds door blinden gezien
zijn stem door doven gehoord zijn woord door de stomme verder verteld
en nog altijd trekken lammen zich op aan zijn toegestoken hand.
Broer is hij geworden van misdeelden vriend van zondaars en tollenaars
een nieuwe mens in een oude wereld.
Daarom, omdat hij mateloos goed was voor allen die waren afgeschreven
is hij vastgelopen in het centrum van het land
in het hart van de stad en van zijn kerk.

Hier gedenken wij zijn laatste avond toen hij brood nam
zegende, brak en uitdeelde aan zijn vrienden aan ons en zei:
Dit ben ik zelf gebroken brood voor het geluk van mensen.
Neem en eet en ik beloof jullie dat je zult eten groot en klein aan mijn tafel.
Hij nam de beker zegende die gaf hem aan zijn vrienden en zei:
Neemt ook deze beker mijn bloed vergoten
om trouw te blijven aan mijn roeping trouw te blijven aan mensen.
Doe wat ik gedaan heb en vergeet mij niet.

Vrienden, vergeet niet het verhaal dat de eeuwen door over hem wordt verteld
dat hij gezocht en gevonden is door eenvoudige zielen, door koningen
dat hij tot vandaag een licht is in de nacht
een ster om te volgen een engel uit de hemel
Vergeet niet dat hij meer dan wij een zoon van God geworden is
omdat hij deed wat hem te doen stond
door niemand kleingekregen zelfs niet door de dood
Vergeet niet dit verhaal dat geschreven is voor ons geluk
en bidt met mij zoals hij gebeden heeft:

Onze vader

Vredeswens met: Dona nobis pacem in terra

Communie
Communielied:
za Daar waar liefde is – zo Kom in mij, win, ontwapen mij

Slotgedachte:
Als je bent aangeraakt door Jezus, dan laat je dode vormen achter je
en begin je opnieuw te leven, samen met anderen die ook geraakt zijn.
Een lange optocht door de tijd van mensen
die werken aan een rijk van liefde, vrede en gerechtigheid

Wegzending en zegen
Krachtige, tedere God,
Bron van liefde, bron van hoop,
Zegen ons, voordat we uiteen gaan
Zegen ons, opdat wij tot zegen zijn.

Moge de Eeuwige ons zegenen en dicht bij ons zijn
het licht zijn in onze ogen, de liefde in ons hart
de goedheid in ons leven.

Slotlied: za Wonen overal nergens thuis – zo Nu wij uiteen gaan

1 reactie

  1. Arie Akkermans

    do 30th aug 2012 at 19:50

    Het thema “in gesprek met de traditie” spreekt me van harte aan.
    Zo’n gesprek heeft ook Johannes XXXIII geïnspireerd – aggiornamento = het bij de tijd brengen.
    Het thema werd origineel en overtuigend uitgewerkt door Gebke – mijn complimenten.
    Elders in deze website een prachtig voorbeeld van zo’n noodzakelijk gesprek met de traditie: de geloofsbelijdenis van
    onze bijzondere Louis Nabbe. Ik hoop nog vaak voorbeelden mee te maken.

    Beantwoorden

Reactie plaatsen