Als leegte ruimte wordt

Elk blad ademt de boom tot leven

San Salvatorgemeenschap 9 mei
Hemelvaartsdag2013
Thema: Als leegte ruimte wordt
Voorganger: Erick Mickers

Openingslied: Dit is de dag

Welkom
Goedemorgen allemaal, wees welkom op deze bijzondere dag. Voor velen is het feest van vandaag een welkome snipperdag, een begin van een lang weekend. Voor ons natuurlijk ook, maar ongetwijfeld betekent het voor ons ook wat meer. Ook al kunnen we het misschien niet helemaal bevatten.
Waarom vieren dat iemand naar de hemel is gegaan? Wat maakt het zo bijzonder dat iemand als Jezus naar de hemel gaat? En alsof het woord hemel voor ons een klip en klaar fenomeen is. Als u het weet, dan hoor ik het graag van u.
Mogen we in deze viering ons laten inspireren door het oeroude verhaal dat Lucas ons vertelt, door het met nieuwe ogen en oren tot ons te nemen.
Mogen we ons hier verbonden weten met elkaar, met alle mensen die spreken over een hemel, en zo ook met de Ene die ons nabij wil zijn, de Vader, de Zoon en de heilige Geest. Amen.

Mogen we daartoe bidden:
Jij God, die chaos tot orde schept,  die duisternis door licht verdrijft,
die leegte tot leven brengt.
Zie onze kleinheid,ons onvermogen en ons tekort.
Wil er zijn voor ons, in ons rusteloos bestaan van
chaos, duisternis en leegte.

Laat jouw zachte kracht ons leiden,
opdat ons hart tot rust komt, om te zien en voelen,
eenheid in verbondenheid, met al wat was en al wat is,
een nieuwe hemel een nieuw begin
in ons en door ons, Jezus achterna.

Acclamatie: Blijf niet staren op wat vroeger was.

Eerste lezing
De verlichte meester had zijn lichaam voorgoed verlaten.
Zijn leerlingen gaven één van hen opdracht alles op te schrijven wat hij zich van het leven en de leringen van de meester herinnerde. Na enkele maanden vroegen ze hem of hij vorderingen maakte met schrijven.
‘Ja, ik schrijf,’ was zijn antwoord.
Een half jaar later vroegen ze hem weer hoe ver hij was.
‘Ik schrijf, ik schrijf,’ was zijn antwoord.
De tijd verstreek; de leerlingen werden ongeduldig, gingen naar de schrijver toe en wilden zien wat hij tot nu toe geschreven had. ‘Vrienden’, zei hij, ‘zoek niet naar papier. Alles wat ik van mijn meester weet heb ik in mijn leven geschreven.’
Lied: Voor mensen die naamloos

Tweede lezing: uit de boeken van Lucas
Nadat Jezus op de dag van zijn verrijzenis verschenen was aan twee leerlingen van Emmaus, verscheen Hij ook aan alle leerlingen. Hij zei tegen hen:
“Ik zal ervoor zorgen dat de belofte van mijn Vader aan jullie wordt ingelost. Blijf in de stad tot jullie met kracht uit de hemel zijn bekleed.’
Hij nam hen mee de stad uit, tot bij Bethanië. Daar hief hij zijn handen op en zegende hen. Terwijl hij hen zegende, ging hij van hen heen en werd opgenomen in de hemel. Ze brachten hem hulde en keerden in grote vreugde terug naar Jeruzalem, waar ze voortdurend in de tempel waren en God loofden.
Zo eindigt het eerste boek van Lucas, gericht aan Teofilus.

Lucas begint zijn tweede boek als volgt:
Mijn eerste boek, Teofilus, ging over alles wat Jezus heeft gedaan en geleerd, vanaf het begin tot de dag waarop Hij in de hemel werd opgenomen, nadat Hij aan de apostelen die Hij had uitgekozen, door de heilige Geest zijn opdracht had gegeven.
Aan hen heeft Hij veertig dagen lang herhaaldelijk bewezen dat Hij na zijn lijden weer in leven was. Hij vertoonde zich aan hen en sprak over het koninkrijk van God. Toen Hij bij hen was, drukte Hij hun op het hart: ‘Ga niet uit Jeruzalem weg, maar blijf wachten op de belofte van de Vader die jullie van Mij hebben gehoord; immers, Johannes doopte met water, maar jullie zullen gedoopt worden in heilige Geest, binnen enkele dagen.’
Degenen die daar samengekomen waren, stelden Hem toen de vraag:
‘Heer, herstelt U in deze tijd het koninkrijk voor Israël?’
Maar Hij zei tegen hen:
‘Het komt jullie niet toe de tijden of momenten te kennen die de Vader in zijn volmacht heeft vastgesteld; maar wanneer de heilige Geest over jullie komt, zullen jullie kracht ontvangen en mijn getuigen zijn in Jeruzalem, in heel Judea en Samaria, en tot het uiteinde van de aarde.’ Na deze woorden werd Hij voor hun ogen omhoog geheven en een wolk onttrok Hem aan het gezicht. Terwijl Hij zo heenging en zij nog naar de hemel stonden te turen, stonden er opeens twee mannen naast hen in witte kleren, die zeiden:
‘Galileeërs, wat staan jullie daar toch naar de hemel te kijken?
Deze Jezus, die van jullie is weggenomen en in de hemel is opgenomen,
zal op dezelfde manier terugkomen als jullie Hem naar de hemel hebben zien gaan.’
Acclamatie: Heer ontferm U’

Overweging Twee manieren van herinneren.
Bij de een zijn de ervaringen in zijn leven gegrift, bij de ander worden de ervaringen op papier geschreven. Beide manieren kunnen mensen helpen de situatie onder ogen te zien en die te aanvaarden. Voor beiden is het een ingrijpende gebeurtenis die het leven in een ander daglicht plaatst. Bij beiden is het een persoonlijk proces, alleen bij de leerling van de boeddhistische leraar blijft het een individueel proces, terwijl het bij Lucas een proces is waarin hij anderen daarvan deelachtig maakt.
Zien we in het eerste boek van Lucas de opstanding van Jezus, zijn ontmoeting met de leerlingen en zijn weg naar hemel allemaal nog op één dag gebeuren; in het tweede boek vertelt Lucas dat Jezus zich in veertig dagen heeft laten zien en daarna opgenomen werd in de hemel.
Blijkbaar heeft zich bij de schrijver een andere kijk op de werkelijkheid ontwikkelt. Een actueel verslag van een gebeurtenis heeft een andere kleur en toon dan een verslag dat tien jaar later wordt gemaakt van die gebeurtenis. Misschien kun je het beter overzien na die tijd, of wellicht wordt het mooier gemaakt dan het in werkelijkheid was. Herkenbaar als we naar onze eigen gebeurtenissen kijken in het leven en af en toe nog eens terugkijken. Soms spreken we van die goeie ouwe tijd, die in werkelijkheid niet zo goed was of we beseffen dat we ons wel erg druk gemaakt hebben over iets wat uiteindelijk toch helemaal niet nodig was. De tijd die er tussen ligt geeft ruimte om anders te kijken en het anders mee te nemen in je leven. Los van alle andere mogelijkheden om naar het evangelie en de lezing van vandaag te kijken is het verschil tussen het slot van het eerste boek en het begin van het tweede boek wat mij tot denken zet.
Is in het eerste verhaal het opgenomen worden in de hemel het einde van alles, in het tweede boek is de hemelvaart van Jezus het begin van een nieuwe ontwikkeling. Gingen de mannen en vrouwen nog in grote vreugde terug naar Jeruzalem uit dankbaarheid om wat eens geweest was, in het tweede boek keerden ze terug, in gespannen afwachting wat er hen nog staat te gebeuren.

Is dat ook niet wat wij vaak ervaren wanneer we afscheid hebben genomen van iemand die ons zo dierbaar is. Met elkaar kijken we vaak dankbaar terug naar diegene die is heen gegaan. Maar voordat het tweede boek zijn aanvang kan nemen, duurt het vaak een hele tijd.
Een tijd die aanvoelt als een tocht door de woestijn, een onafzienbare periode van leegte, of in Bijbelse taal gezegd wel 40 jaren of 40 dagen.
Een periode waarin je als mens zo lang mogelijk wilt vasthouden aan die vertrouwde stem in huis, de geur van nabijheid, de zachtheid of grofheid van die hand, de lege stoel die alleen bestemd is voor hem of haar met daarbij de angst voor de gedachte ooit niet meer te weten hoe hij of zij klonk, voelde, rook of hoe hij of zij er uit zag.
Het is zo menselijk, zo natuurlijk. Maar hoe meer je wilt vasthouden aan die ene mens, hoe meer je de leegte ervaart, hoe minder ruimte er is voor jouzelf.
Pas als je de ander echt hebt losgelaten, naar de hemel hebt laten gaan, zal de leegte ruimte worden voor een nieuw begin.

“Deze mens, die van jou is weggenomen en in de hemel is opgenomen,
zal op dezelfde manier terugkomen als jij hem of haar naar de hemel hebt zien gaan.’

Zoals je die mens hebt laten gaan, zo komt hij ook weer terug.

Zo vertelde mij een jonge vrouw dat haar leven weer begon toen ze eenmaal haar paard had verkocht. Lange tijd had ze gedacht het paardrijden vol te moeten houden, omdat haar vader altijd met haar meeging tijdens de concoursen en daar zo van genoot. Nu pas kan ik genieten van de zon, want ik voel niet alleen de warmte van de zon, maar tegelijkertijd daarbij ook die van mijn vader.
Een oudere dame zei dat haar man niet van dansen hield. Kon het ook niet. Bang om ontrouw te zijn aan haar echtgenoot vond ze dat ze dit nu ook niet kon doen na zijn dood. Totdat op dat ene feestje iemand haar vroeg. “Vanaf die tijd weet ik weer”, zei ze, “ hoe veel plezier we hebben gehad samen, alsof we dansend door het leven gingen. Een nieuwe tijd begon.”
Niet door vast te houden, maar door los te laten, komt de ander weer terug. De leegte die voelde als een hel,
wordt ruimte die is als een hemel, waar plaats is voor jezelf en die dierbare ander, een hemelse plaats waar je elkaar ontmoet, elkaar anders leert vasthouden.

De Hemelvaart is nodig om Pinksteren te laten gebeuren.
Zo neemt Lucas ons mee en beschrijft wat er nodig is om die dierbare herinneringen in je leven te kunnen schrijven en uit te zien naar een nieuw begin, opdat leegte ruimte wordt voor jou en elke mens die je dierbaar is.
‘Ga niet uit Jeruzalem weg, maar blijf wachten op de belofte van de Vader, jullie zullen gedoopt worden in heilige Geest.’
Bijbelse taal om te zeggen dat je trouw moet blijven aan die bron in jou en dat je mag vertrouwen op Gods’ liefde die jou opnieuw op weg helpt. Dat vertrouwen wens ik ieder van harte toe.

Zoals zoveel mensen aan ons zijn voorbij gegaan, zo is ook Jezus aan ons voorbijgegaan.
Dankzij zijn hemelvaart, is hij in ons leven gegrift. Als flarden van woorden, een voetspoor in de zee, als een vriend, een spoor van licht. Mogen we dat met elkaar uitzingen.
Geloofslied: Gij zijt voorbij gegaan

1 kaars op tafel wordt ontstoken
Instrumentaal

Voorbede met: Ik roep uw naam
Wij roepen jouw naam, wanneer wij staan in de leegte,
door gevoelens van machteloosheid
bij alle ellende, onrechtvaardigheid
en het kwaad dat mensen elkaar aan doen.
Voed ons met jouw mededogen
om te doen wat jou goed lijkt

Ik roep uw naam: Gij zijt mijn God,
mijn dagelijks brood, mijn overvloed.

Wij roepen jouw naam, wanneer wij staan in de leegte,
door gevoelens van radeloosheid
wanneer het leven anders gaat dan verwacht,
bij ons zelf of bij diegene die ons lief zijn.
De gebeden in dit boek leggen wij aan jou voor….
Voed ons met uw wijsheid
om geduldig en met vertrouwen
uit te zien naar momenten van hoop.

Ik roep uw naam: Gij zijt mijn God,
mijn dagelijks brood, mijn overvloed.

Wij roepen jouw naam, wanneer wij staan in de leegte,
door gevoelens van gemis en heimwee
wanneer wij afscheid hebben moeten nemen
van mensen of plaatsen die ons dierbaar zijn.
Voed ons met jouw licht opdat wij leven mogen in jouw aanwezigheid.

Ik roep uw naam: Gij zijt mijn God,
mijn dagelijks brood, mijn overvloed.

Het intentiekaarsje wordt aangestoken

Tafelgebed
Jij, in alles aanwezige God, in de opgaande zon
groet je mij met een zonnestraal
en toon je mij het gelaat van je schoonheid.
Als ik de aarde bespeur onder mijn voeten,
beleef ik hoe je me steun geeft dag na dag.

De roos verbergt je geheim,  kunstig uitgewerkt in het bloesemblad.
Jij bent de wind die me streelt, ademtocht na ademtocht.
Jij kust me met elke regendruppel  die van mijn gezicht parelt.
In het spelend kind versta je de kunst
om in het ogenblik te leven.

Jij bent mijn droom in het donker van de nacht,
Jij, morgenster, wijst mij de weg.
Van jou is de zee die je hebt gemaakt, de bergen en de dalen.
Want jij bent berg en dal, zee en boom, zon en wind.
Jij, avondrood van mijn leven,  teder en mild in de kleuren van de hemel.
Niets evenaart jouw pracht,  Jij in alles aanwezige God.

Jij, in alles aanwezige God,  wie ben Jij dat Jij aan ons denkt,
in Jezus, die mens, begaan met alle mensen,
die ons voorging, met de hemel op weg,
opdat niemand verloren zou gaan.

In de avond voor zijn sterven,  nam hij brood in zijn handen,
sprak zijn dank uit naar Jou,
brak het en deelde het aan zijn vrienden  met de woorden:
dit is mijn leven, gebroken voor jullie,
deel en eet dit met elkaar, telkens opnieuw,
breng zo de hemel bij de mensen.

Zo nam hij ook de wijn, gaf die door en zei daarbij:
dit is mijn liefde, tot vreugde van iedereen,
drink samen uit deze beker,  als vrienden aan èèn tafel.
Blijf dit doen, als levende herinnering aan mij.

Zo willen wij op weg gaan, in zijn Geest,
in wie Jij aanwezig bent, zo willen wij bidden,
met woorden die Hij ons gegeven heeft.
Onze Vader

Vredeswens
Mogen we elkaar de hemelse vrede wensen,
in ons, door ons en om ons.
Vredeslied: Vrede voor jou

Uitnodiging aan tafel van brood en wijn
Lied: Licht dat ons aanstoot

Slotgedachte: Het hiernamaals door Judith Herzberg
Als ik, nadat ik dood ben, nog ergens rond mag dolen, laat
het dan op de markt zijn, in geur en kleur.
En mag die markt dan open zijn onder de blote hemel.
En mag ik dan als vroeger met mijn
moeder zo’n puntzak gloeiend hete frites ( met veel zout uit
zo’n gebutste strooibus) met haar delen.

Zegenwens
Laat ons maar gaan, met lege handen,
met een ruim hart en met open geest,
om te ontvangen
de vreugde van het leven,
de liefde van elkaar,
en zo de hemelse zegen van de Ene,
die wij noemen de Vader, de Zoon en
de heilige Geest. Amen.

Slotlied: Uit uw hemel zonder grenzen

1 reactie

  1. joke

    zo 19th mei 2013 at 07:31

    mooie acclamatie: blijf niet staren op wat vroeger was.

    weet niet of ik het zou mag zeggen bij jullie kerk?gemeenschap.
    mij helpt het wel om deze zin te lezen.
    Bedankt hiervoor!
    m.vr.groeten, Joke Puthaar

    Beantwoorden

Reactie plaatsen