Tussen naam en identiteit

Thema: Tussen naam en identiteit
Datum: 23 juni 2019

Voorganger: Tony de Meulder
Lector 1: Anthoon Budel
Lector 2: Dorine Broekmeulen

Openingslied: De vreugde voert ons naar dit huis
Aansteken van de Paaskaars
Namen van eventuele overledenen, kaarsje
Welkom
Iedereen van harte welkom, zieners en zoekers, hier in deze vertrouwde ruimte van Cello. Maar ook u die voor de eerste keer hier bent. Wees welkom! Het thema is “Tussen naam en identiteit”. Afgelopen donderdag was het Sacramentsdag, in veel gemeenschappen wordt het vandaag gevierd. Ik wil niet stilstaan bij de oude theologie van dit feest. Ik zou het willen plaatsen in het licht van het gebed dat Jezus ons naliet. Een gebed waar Jezus ons in contact brengt met de Eeuwige. Een sacrament is een ontmoeting tussen God en mens.
We lezen vandaag over godsontmoetingen, bij Mozes, waar God zich openbaart met de Naam “Ik zal er zijn” bij de ontmoeting die Jezus heeft met de vrouw die betrapt is op overspel.

Op 11 juni kwamen wij voor de tweede keer samen rond het Onze Vader. We lazen de verzen: Uw naam worde geheiligd, uw rijk kome, uw wil geschiede, op aarde zoals in de hemel.

Als we rondom het Onze Vader bij elkaar zijn, branden we een kaars. Die kaars ontsteken we ook nu aan het begin van deze viering. Laten we het in het licht van deze kaars even stil maken, zodat we met elkaar ruimte kunnen maken voor de Eeuwige die we kennen onder veel namen.

Gebed
God, Jij die heet “Ik-zal-er-zijn”,
vervuld is deze ruimte van jouw aanwezigheid.
Daal af tot ieder van ons.
Bevrijd ons van wat ons angstig maakt en gevangen houdt.
Spreek tot ons – hier en nu –
jouw bevrijdend Woord
in Jezus, jouw Zoon, mensgeworden onder ons. Amen.

Acclamatie: Gij die uw naam hebt uitgeroepen

Eerste Lezing: Exodus 3. 11-15 ( Naardense vertaling)
Dan zegt Mozes tot God: wie ben ik dat ik tot Farao zal gaan,- en dat ik de zonen Israëls uitleid uit Egypte? Maar hij zegt: omdat ik met jou zal zijn* en dit is voor jou het teken dat ík je heb gezonden: als je de gemeente hebt uitgeleid uit Egypte zullen jullie God dienen op déze berg! Dan zegt Mozes tot God: ziedaar, ik zal aankomen bij de zonen Israëls en tot hen zeggen: de God van uw vaderen heeft mij tot u gezonden!- als zij tot mij zeggen: wat is zijn naam?, wat zal ik dan tot hen zeggen? Dan zegt God tot Mozes: ik zal er zijn* , zoals ik er ben! Hij zegt: zó zul je tot de zonen Israëls zeggen: Ik-zal-er-zijn heeft mij tot u gezonden! Dan zegt God nog tot Mozes: zó zul je zeggen tot de zonen Israëls: Die-er-zal-zijn, de God van uw vaderen, God van Abraham, God van Isaak en God van Jakob, heeft mij tot u gezonden; dit is mijn naam voor eeuwig en dit is mijn gedachtenis voor generatie op generatie

Lied: Wat vrolijk over U geschreven staat

Evangelie: Johannes 8. 1-11 (Naardense vertaling)
Maar Jezus vertrekt naar de Olijfberg. ’s Morgens vroeg bereikt hij weer het heiligdom,- waar heel de gemeenschap tot hem is gekomen en hij, neergezeten, hen heeft onderricht. Maar de schriftgeleerden en de Farizeeërs brengen een vrouw mee, op overspel betrapt; ze stellen haar op in het midden en zeggen tot hem: u geeft onderricht, welnu, deze vrouw is op heterdaad betrapt op overspel; in de Wet heeft Mozes ons geboden zulke (vrouwen) te stenigen; ú dan, wat zegt u? Maar dit hebben ze gezegd om hem te beproeven, zodat ze iets zouden hebben om hem aan te klagen. Maar Jezus heeft zich naar beneden gebukt en is met zijn vinger gaan ‘schrijven in de aarde’ (Jer. 17,13). Maar als ze hem vragen blijven stellen richt hij zich op en zegt hij tot hen: wie van u zonder zonde is werpe als eerste een steen naar haar! Weer heeft hij zich gebukt en is gaan ‘schrijven in de aarde’. Maar op het horen hiervan zijn ze één voor één weggegaan, te beginnen bij de oudsten; helemaal alleen wordt hij achtergelaten, met de vrouw die het middelpunt was. Maar Jezus richt zich op en zegt tot haar: vrouw, waar zijn ze?- heeft niemand je veroordeeld? Maar zij zegt: niemand, heer! Maar Jezus zegt: ook ik veroordeel je niet; ga heen, en zondig van nu af niet meer!

Acclamatie: Ik ben, zegt Gij, de Eerste en de Laatste
Overweging:
Beste mensen,
Luisterend naar de verhalen horen wij hoeveel beweging er in zit. Jezus is op de olijfberg, in zijn tijd is een berg een plaats van Godsontmoeting, een heilige plaats. De berg is in de natuur wat het kerkgebouw in onze samenleving is. Iets van het goddelijke in de gewone alledaagse wereld van mensen.
En van deze berg waar hij heeft gebeden daalt Jezus af naar de tempel, om vanuit zijn eigen ervaring, vanuit zijn gebedservaring, vanuit de omgang met God de mensen te onderrichten.
Jezus komt letterlijk in beweging.
Hoe komen wij in beweging? Waar loop ik, waar loop jij warm voor? Waar kan ik en durf ik iets van de hemel te ervaren?

Soms ervaar je iets van de hemel, daar waar je het niet verwacht. Zoals u heb ik van mijn ouders het Onze Vader leren bidden. In de tijd dat ik in de abdij woonde bad ik het driemaal daags in de gebedsdiensten. Maar toch… Door de onze samenkomst op 11 juni, de voorbereiding van deze avond en de voorbereiding op de viering vanmorgen heeft mij weer de ogen geopend om op vele manieren naar het Onze Vader te kijken en te bidden.

Wat mij het meest bezighoudt is dat de vader niet geheiligd wordt maar de NAAM wordt geheiligd. De naam waarmee de Eeuwige zich openbaart aan Mozes “Ik zal er zijn”. Het is de naam die mij ruimte geeft, de naam die niet statisch is. Een naam die in ons leven meebeweegt.

Het roept bij mij de tekst op van
Blijf niet staren op wat vroeger was. Zie, ik ga iets nieuws beginnen.
Dat lied slaat ook op de laatste woorden van het evangelie. De woorden die Jezus tot de overspelige vrouw spreekt: ‘Ook ik veroordeel je niet: ga heen en zondig van nu af niet meer’. Jezus heeft voor de vrouw een nieuwe weg gebaand. Hij laat haar iets voelen van dat rijk van recht en vrede. Dwars door de woestijn van de harde stenen van de harde oordelen heeft hij een rivier doen stromen. Wat een verhaal!
Spannend van het begin tot het einde. Jezus is in de tempel, de mensen stromen samen om naar Hem te luisteren. Dan komen de schriftgeleerden met een vrouw. Ze duwen haar midden in de kring, voor het oog van de mensen en zeggen: ze is op heterdaad betrapt op overspel. De schande in het spotlicht. U kent toch onze wet? Stenigen staat er in Leviticus. Wat vindt u?
De Schriftgeleerden dagen Jezus uit. Ze proberen hem te vangen met een strikvraag. Hem klem te zetten tussen de leer van de wet, de letter van de wet en de nieuwe wet, die van de barmhartigheid, de liefde…
Als de wet wint, dan verliest de liefde… Als de barmhartigheid wint, dan komt Jezus in conflict met de overgeleverde traditie. Het is niet alleen een strijd van vroeger. Want het conflict van ‘hoe het hoort’, de noodzakelijke regel, het gezonde verstand en de liefde bestaat nog steeds.
En de vrouw die staat daar maar, ze wordt gebruikt om Jezus in de val te lokken. En ook Jezus die zit daar maar, alle ogen ook op hem gericht. En wat doet hij? Hij schrijft op de grond.
Augustinus zegt daarover. De oude wet is gebeiteld in stenen tafelen in harde steen, maar hij, de Gezalfde, schrijft in het zachte zand. Niet met een beitel, maar met zijn vinger. Wat schrijft hij… De oude tekst uit Leviticus… of is het zo open als het er staat…
Het confronteert de omstanders, de Schriftgeleerden, met zichzelf, met wat zij vinden. Jezus laat hen in zekere zin met de vrouw alleen. Doordat hij zich terugtrekt, komt de vrouw meer in het centrum te staan.
Maar die confrontatie willen ze niet. Kennelijk vinden ze het lastig om haar in de ogen te kijken. Ze blijven bij hem aandringen op een antwoord…
En dan spreekt Jezus die beroemde woorden: ‘Laat degene onder jullie die zonder zonde is de eerste steen werpen.’
Die woorden zijn in het Nieuwe Testament terecht gekomen. Ze zijn voorgoed in onze harten gegrift, van hen die geloven, maar ook van hen die niet geloven. Deze woorden sloegen in…
Jezus buigt zich weer voorover en schrijft weer op de grond. Hij laat de Schriftgeleerden, maar ook ons staan met de stenen in onze hand, de stenen van onze harde oordelen, de stenen van onze afwijzende blik, de stenen van het beroep op de wet: Het is hard, maar zo is het nu eenmaal, zo is de wet.
De stenen ploffen in het zand… de schriftgeleerden druipen af… de een na de anderen, iedereen gaat weg en Jezus blijft achter met de vrouw alleen…
Zij die overspel pleegde, hij die zijn wet met de vinger in het zand schrijft… Heeft niemand je veroordeeld? Iedereen is weg… Het harde oordeel is er niet meer… Hij weigert te kiezen voor óf liefde óf de wet. Hij kiest voor haar en voor de nieuwe weg. Ook ik veroordeel je niet, ga heen en zondig niet meer…
Tijdens onze bijeenkomst op 11 juni lagen er stenen in ons midden. Niet om te gooien, maar om er namen op te schrijven. Namen van hoe wij God het liefste willen noemen. De stenen liggen rond de kaars waarop het  Onze Vader staat. Het mag ons verbinden tussen Naam en identiteit. Uw rijk komt, Uw wil geschiede…
Maar wat Jezus schreef blijft gissen, maar als rechtgeaarde jood kon hij maar een ding schrijven. De naam die Hij niet uit mocht spreken. JHWH “Ik zal er zijn voor jou”. Verbonden met deze naam zingen wij ons geloof uit dat die nieuwe wereld komen zal. Die nieuwe wereld van ik zal er zijn. Amen.

Geloofslied: Dat een nieuwe wereld komen zal
Klaarzetten van de gaven / collecte / instrumentale muziek
Voorbede + acclamatie: Luister Heer, ontferm U over ons

Eeuwige,
wij bidden voor hen die lijden onder de macht van overheersing,
voor de daklozen en de vluchtelingen,
voor de slachtoffers van natuurrampen en zinloze oorlogen.
in dit uur bidden wij dat Jouw rijk mag komen.

Eeuwige,
wij bidden voor hen wiens idealen worden onderuitgehaald
door de harde realiteit van deze wereld.
Moge zij hun dromen niet opgeven,
en moge zij de kracht ontvangen
hun ontgoochelingen om te zetten in positieve daden, moge zo Jouw naam geheiligd worden op de plaatsen waar wij wonen, werken en liefhebben.

Eeuwige, wij bidden dat we in het goede blijven geloven,
ook al kunnen we deze wereld niet onmiddellijk veranderen.
Geef ons het vertrouwen dat Jezus had: dat het leven sterker is dan de dood. Moge Jouw wil geschiede op aarde en in de hemel.
Laat ons geloven in de kracht van geloof, hoop en liefde.

Koester de namen
Intentie kaarsje op tafel wordt ontstoken
Tafelgebed en acclamatie: Gij zijt Gij
In de geest van jouw Liefde
zijn wij hier samen,
als vrienden aan èèn tafel,
om Jou te danken
voor alles wat groeit en bloeit,
voor de wereld waarop wij wonen,
dat Jij een God wilt zijn,
voor grote en kleine mensen,
dat Jij ons roept om goed te zijn,
om brood te delen met elkaar,
dat jij ons samen brengt,
tot verbondenheid met iedereen.

Wij danken Jou
voor Jezus van Nazareth,
mens onder mensen,
in wie Jij zichtbaar werd,
als die nabije Ander,
als vriend begaan met ons,
als broeder uit één familie,
verbonden en betrokken
met ieder die op zijn pad kwam.

Gij zijt Gij…

Zo ging hij ons voor,
op weg naar vrede en geluk,
door blinden een gezicht te geven,
door onderdrukten op te tillen,
door stommen een stem te geven,
door verlamden op de been te zetten,
door doden te laten leven.

Zo vroeg Hij ons te doen
wat hij heeft gedaan:
het leven te delen,
in vriendschap met elkaar.

Daarom zijn wij hier bijeen,
zoals die laatste avond.

Terwijl Hij dankte voor de gaven,
brak Hij het brood
en deelde het uit
aan zijn vrienden en zei:
Dit is mijn lichaam
dit ben ikzelf voor jullie gebroken.

Doe wat ik heb gedaan
noem niemand je vijand,
maar iedereen je vriend
deel met elkaar
het brood van alledag
en blijf samen onderweg.

Toen nam Hij een beker met wijn
gaf die aan zijn vrienden en zei:
Drink uit deze beker
mijn bloedeigen leven
deel met elkaar
vreugde en verdriet
deel met elkaar
de lucht, het water en het land
en alles
wat de aarde je te bieden heeft.

Daags daarna is Jezus gestorven
maar niet voorgoed.
Telkens  als wij samenzijn,
als vrienden aan èèn tafel,
ontmoeten wij Jezus,
in het delen van brood en wijn,
voelen we ons door Hem
en met Hem verbonden,
herkennen we Hem in elkaar.

Onze Vader verborgen (gezongen)
Vredeswens
Vredeslied: Vrede voor jou en alle goeds je vrienden
Uitnodiging aan de tafel van brood en wijn
Lied: Die met ons deelt
Gebed:
Eeuwige,
Jij hebt ons uw naam gegeven: ‘Ik zal er zijn’
en zo trekt Jij mee met jouw mensen.
Maak ons tot mensen naar jouw beeld,
tot reisgenoten van elkaar,
die bezorgd zijn om het welzijn van hun medemensen,
naar het voorbeeld van Jezus, jouw Zoon, Amen.

Mededelingen:
Vieringen op 29 & 30 juni
Thema; Streetwise
Op zaterdag en zondag: Franneke Hoeks en straatpastor Lianne van Oosterhout. Met op zondag volkszang.

Zaterdag 29 juni a.s. is er weer eten in Ordune. Inschrijflijsten bij de ingang op de tafel.

Koffieochtend op woensdag 3 juli a.s. om 10.00 uur in de huiskamer van Ordune.

Nieuwe Salvatoriaan is uit.
Voor iedereen zonder e-mailadres ligt er een exemplaar op de tafel bij de uitgang. Ze liggen op postcode.

Noodfonds Noord
Vakantie-actie 2019
een zonnestraaltje – zo veel warmte
Op rekening ten name van Noodfonds SSiB

Alle mededelingen kunt u terugvinden op onze website. www.sansalvatorgemeenschap.nl

Slotgedachten:
Tussen naam en identiteit zocht ik Jou.
Ik heb je gezocht
in de bomen van het bos
in de golven van de zee
in zilver, goud en diamant
in beelden, schilderijen
in eenzaamheid
in…
ja overal God
heb ik naar jou gezocht
en tenslotte
heb ik je gevonden
in het mooiste wat je ons gaf
de mensen
dank je God.

Zending en zegen
God beschermt je met zijn zegen.
God schenkt je zijn glimlach.
God kijkt je vol vrede in ogen.
Ga met de zegen van God Vader, Zoon + en heilige Geest.

Slotlied: Dat ik de aarde zou bewonen

1 reactie

  1. Arie Akkermans

    zo 23rd jun 2019 at 14:27

    De bijeenkomst van deze morgen heeft mij bijzonder geraakt: ik vond het een prachtige dienst: Het ging voor mij over de nieuwe wet, de wet van de liefde. De wet niet gebeiteld in steen maar geschreven in de zachtheid van het zand. En tevens ging het over ons perspectief, hoe onmogelijk dat ook lijkt. Vooral dat perspectief kwam sterk bij mij binnen door de liederen die daarvan met enthousiasme getuigden. Geïnspireerd ging ik naar huis:nu aan de gang!!

    Beantwoorden

Reactie plaatsen

Cancel comment reply