Ik geloof in het raadsel, ik geloof in het wonder

Voorganger Tony de Meulder
m.m.v. lectoren:  Fiet Vreeburg & Karel Bierlaagh



U kunt deze viering volgen via het YouTubekanaal van de San Salvator. Dat kunt u vinden via de volgende link: https://www.youtube.com/channel/UCgKq1QU2z2Iy48gT9lQ5UyQ
De viering wordt daar in de loop van zaterdag op gepubliceerd.  U kunt dan de viering van dit weekend aanklikken. De link en de youtubeviering zijn natuurlijk ook te vinden op www.sansalvatorgemeenschap.nl bij de tekst van de viering. Wij wensen u een mooie viering toe.

Welkom
Een hartelijk welkom, jij die gelooft in het raadsel of jij die gelooft in het wonder.
Of jij die gelooft in wat je niet onder woorden kan brengen.
Welkom jij die hier eventjes tot rust wil komen. Welkom jij met je twijfels en je vragen.
Welkom wij allemaal, met ons verhaal, met onze verwachtingen en onze dromen.
Welkom, in de naam van + de Vader, de Zoon en de H. Geest. Amen.
Maken wij het stil, maken wij ruimte voor God en elkaar.

Gebed
Eeuwige, geef ons nieuwe ogen
zodat wij in elke mens jouw Zoon zouden herkennen.
Geef ons nieuwe oren
zodat wij de klankloze stem kunnen horen
van wie honger hebben, kou lijden, bang zijn of verdrietig.
Geef ons nieuwe handen om uit te strekken naar hen
die wij zien met onze nieuwe ogen,
die wij horen met onze nieuwe oren.
Geef ons een nieuw hart
opdat wij al die mensen kunnen liefhebben,
zoals Jij ons liefhebt. Amen.

Acclamatie: Keer ons om naar u toe, keer ons toe naar elkaar

Inleiding op de lezingen
We lezen vandaag twee Bijbelverhalen. Verhalen die vandaag in veel geloofsgemeenschappen klinken. Eeuwenlang vonden mensen troost en steun in deze teksten.  Ze klinken hier bij San Salvator in beweging en worden gelezen vanuit verschillende huizen in dorp of stad. Dat ook wij vandaag wijsheid, troost en moed mogen vinden in deze woorden.

We lezen Psalm 122
Verheugd was ik toen ik hoorde:
‘Wij gaan naar het huis van de HEER, ‘
verheugd ben ik, nu onze voeten staan
binnen je poorten, Jeruzalem.
Jeruzalem, als een stad gebouwd,
hecht en dicht opeen.
Daar komen de stammen samen,
de stammen van de HEER,
om Israëls plicht te vervullen,
te prijzen de naam van de HEER.
Daar zetelt het gerecht,
daar troont het huis van David.
Vraag om vrede voor Jeruzalem:
‘Dat rust hebben wie van je houden,
dat vrede heerst binnen je muren
en rust in je vesting.’
Om mijn verwanten en vrienden
zeg ik: ‘Vrede zij in jou.’
Om het huis van de HEER, onze God,
wens ik je al het goede.

Bezinning
Wat zou het toch mooi zijn als wij samen psalm 122 uit zouden kunnen zingen. Hoe verblijd was ik toen zij mij zeiden wij gaan op naar het huis van de Heer. Het is mijn lievelingspsalm. Niet het huis van de Heer in een gebouw van steen of hout. Maar al die levende stenen samen, waar we als mensen van San Salvator met vallen en opstaan iets van dat levende huis zichtbaar willen maken. Op dit moment is het geloven in een wonder als we dit op korte termijn waar kunnen maken. Ons leven lijkt misschien meer op een raadsel.
Ik voel me op dit moment meer verbonden met het Joodse volk dat wegtrok uit hun ballingschap zij geloofden dat zij naar een plek gingen waar het goed moet zijn.
De psalmist zingt ervan in psalm 122. Er is daar vrede en daar is het huis waar de LEVENDE, onze God, woont.
De ballingen staan tijdens de tocht naar het heilige Jeruzalem dan nog alleen. Zij kijken omhoog naar de bergen rond Jeruzalem (zo stel ik me voor), of gewoon omhoog, in de richting waar de LEVENDE zich ergens moet bevinden, ver boven de bergen?  Waarschijnlijk bevinden ze zich nog op de plaats waar geen vrede is en zijn die bergen dan niet alleen letterlijk, maar ook figuurlijke obstakels op weg naar de vrede, naar de Stad van Vrede. In ons dagelijkse leven komen we veel obstakels tegen. Zeker nu!
Hindernissen die het je moeilijk kunnen maken en soms zelfs zo moeilijk dat je het even niet ziet zitten. Het kan je zelfs verlammen in je menselijk handelen. En alles om je heen ziet er even zwartgallig uit.
En wat dan? Laten we geloven in het wonder, het wonder dat we ons geloof samen uit mogen zingen. Ik voel het nu al en het emotioneert me. Samen zingen van de Steppe die zal bloeien, dat we mogen leven met muren van huid, ramen als ogen. Huis dat een levend lichaam wordt. Geen mondkapjes, maar een broederlijke en zusterlijke omhelzing. Dat we elkaar aan mogen raken, hoe verheugd zullen we zijn. Maar nu, nu bloeit het nog in stilte…

Lied: Wat in stilte bloeit in de luwte van tuinen,
onder de hete zon op de akker,
heeft Hij bestemd voor de tafel der armen.
Aardekracht, zonkracht is Hij, licht der mensen,
dat wij elkaar verblijden en doen leven,
brood van genade worden, wijn van eeuwig leven.
Maar wie niets hebben, wie zal hen hieraan deel geven?
En die in weelde zwelgen en van niets weten,
wie zal hen naar gerechtigheid doen verlangen?
Aanschijn der aarde, wie zal jou vernieuwen?
Hij die alles zal zijn in allen, heeft ons bestemd om
aarde, jouw aanschijn te vernieuwen.

We lezen Johannes 6, (1) 4-15
In die tijd ging Jezus naar de overkant van het Meer van Galilea. 4Het was kort voor het Joodse pesachfeest.
5Toen Jezus om zich heen keek en zag dat die menigte naar hem toe kwam, vroeg hij aan Filippus: ‘Waar kunnen we brood kopen om deze mensen te eten te geven?’ 6Hij vroeg dat om Filippus op de proef te stellen, want zelf wist hij al wat hij zou gaan doen. 7Filippus antwoordde: ‘Zelfs tweehonderd denarie zou niet voldoende zijn om iedereen een klein stukje brood te geven.’ 8Een van de leerlingen, Andreas, de broer van Simon Petrus, zei: 9
‘Er is hier wel een jongen met vijf gerstebroden en twee vissen – maar wat hebben we daaraan voor zo veel mensen?’ 10Jezus zei: ‘Laat iedereen gaan zitten.’ Er was daar veel gras, en ze gingen zitten; er waren ongeveer vijfduizend mannen. 11Jezus nam de broden, sprak het dankgebed uit en verdeelde het brood onder de mensen die er zaten. Hij gaf hun ook vis, zo veel als ze wilden. 12Toen iedereen volop gegeten had zei hij tegen zijn leerlingen: ‘Verzamel nu de overgebleven stukken brood, zodat er niets verloren gaat.’ 13Dat deden ze en ze vulden twaalf manden met wat overgebleven was van de vijf gerstebroden die men had gegeten. 14Toen de mensen het wonderteken dat hij gedaan had zagen, zeiden ze: ‘Hij moet wel de profeet zijn die in de wereld zou komen.’ 15Jezus begreep dat ze hem wilden dwingen om mee te gaan en hem dan tot koning zouden uitroepen. Daarom trok hij zich terug op de berg, alleen

Bezinning
Voor de leerlingen van Jezus was het raadselachtig hoe hij alle mensen eten wilde geven. De jongen met vijf broden en twee vissen had de oplossing. Hij had ze bij zich, gewoon voor zichzelf, genoeg voor even, te weinig voor  vijfduizend. Zijn brood en vis vormen de aanzet voor een geweldig wonder: het wonder van het delen met elkaar.
Welke wonderen laat ik gebeuren in mijn leven? Met wie deel ik en wat deel ik?
Door vijf broden en twee vissen wordt een tipje van de sluier opgelicht van die nieuwe wereld. Wordt het wonder van God met ons voelbaar in het leven van elke dag. Even wordt er iets zichtbaar van de wereld zoals door God bedoeld.
Daarvoor zijn vijf broden en twee vissen voldoende. Want waar leven wordt gedeeld, daar ontstaat er overvloed;
daar veranderen de dimensies van het leven. Een beetje hartelijkheid, een ogenblik tijd voor een ander: ze geven een voldane kleur aan het leven. Hoe geef ik, geef jij kleur aan het leven?
Het wonder ligt daar waar we het in alle eenvoud delen. Het delen van vijf broden en twee vissen was voldoende om Jezus aan te wijzen als een profeet van God. God komt aan het licht waar mensen het wonder van het delen
opnieuw waar maken, hier en nu. God, gebeurt elke dag opnieuw. Delen van onze onderlinge verbondenheid
schept ruimte en volop leven. Dat is de levensles die we door Jezus krijgen van een jongen met gewoon maar vijf broden en twee vissen.
Zo eenvoudig mag en kan het zijn, dat die nieuwe wereld komen zal. Is misschien een wonder, daar geloof ik in. Het is voor mij een raadsel hoe het gestalte mag krijgen. Maar ik hoop en bid voor dit wonder.

Lied: Dat een nieuwe wereld komen zal
Dat een nieuwe wereld komen zal waar brood genoeg en water stroomt voor allen.
Daar bouwen wij veilige buurten, wonen dooreen
in wijken van vrede in schaduw van bomen.
Geen kinderen zullen daar sterven, oude mensen maken hun dagen vol
en jonge mensen zullen daar pas op hun honderdste sterven.
Wij zullen niet voor de leegte zwoegen,
geen kinderen baren voor de verschrikking.
De wolf en het lam zullen weiden tesamen. Wij leren de oorlog af.
Wij zullen niet voor de leegte zwoegen,
geen kinderen baren voor de verschrikking.
De wolf en het lam zullen weiden tesamen. Wij leren de oorlog af.
Dat een nieuwe wereld komen zal waar brood genoeg en water stroomt voor allen.

Voorbede
Bidden we om brood op de tafel der armen, om gezonde voeding voor hongerende kinderen,
om beschutting tegen regen en kou voor daklozen en zwervers.
Bidden we om zelfrespect voor hen die in armoe moeten leven, om bescheidenheid en dankbaarheid voor hen die in welstand verkeren, om een groeiend besef dat arm en rijk elkaar nodig hebben.
Bidden we om kracht en sterkte voor allen die ziek zijn, om trouw en liefde voor allen die met elkaar door het leven gaan, en voor hen die wij missen, omdat ze leven over de grens van de dood.
Eeuwige, met een veelheid van woorden bidden wij steeds om hetzelfde: laat jouw Rijk komen in deze wereld
en laat jouw wil geschieden te midden van ons. Amen.

Acclamatie: Alles wacht op U vol hoop,
alle levenden vragen U om voedsel.
Neemt gij hun adem weg zij sterven
en zij vallen terug in het stof.
Zendt Gij uw geest, zij worden herschapen.
Gij geeft de aarde een nieuw gezicht

Onze Vader die in de mensen leeft,
moge in ons leven
uw naam geheiligd worden.
Moge in onze verbondenheid
uw Rijk zichtbaar worden.
Moge door onze inzet
uw Wil gebeuren
als een teken en een oproep
voor mensen op aarde.
Maak ons voor elkaar en voor de wereld
tot levengevend brood,
tot krachtig voedsel van vriendschap en vertrouwen,
van perspectief en hoop.
Maak ons, over fouten en tekorten heen,
tot mensen van vergeving en vrede,
zoals Gij dat voor ons zijt.
Maak ons vrij van angst
en van alles wat ons denken en doen verlamt.
En laat ons niet verzinken
in de bekoring van de middelmatigheid,
maar wees voor ons kracht en uitdaging
om ten volle te leven,
vandaag en in eeuwigheid. Amen.

Vredeswens
Wees als het daglicht om ons heen.
Wees onze vaste grond.
Wees onze God en onze toekomst.
Wees vrede voor ieder van ons.
De vrede van de Heer zij met ieder van ons.
En geven wij elkaar in gedachte een teken van die vrede.

Lied: Om warmte gaan wij een leven
Om warmte gaan wij een leven,
gaan wij over de zee,
vliegen wij langs de hemel
om iemand gaan wij een leven
met licht en met donker mee.
Vogeltje van de bergen,
waar gaat de tocht naar toe?
Om warmte wil ik zwerven
en komen naar iemand toe.

Om zachtheid gaan wij een leven,
gaan wij onder de nacht,
kruipen wij onder de hemel,
om woorden gaan wij een leven
om lachen en zoenen zacht.
Mensje daar in de verte,
waar snelt je voetstap heen?
Waar zachtheid is te vinden,
daar snellen mijn voeten heen.

Om liefde gaan wij een leven,
sterven wij dood na dood.
Wagen de verste wegen
om jou, op hoop van zegen
mijn liefde, mijn reisgenoot.
Dalen van zwarte aarde,
bergen van hemelsblauw,
om alles ga ik dit leven,
om alles of niets met jou

Slotgedachte
Vijf broden en twee vissen: meer dan genoeg voor vijfduizend. Op initiatief van Jezus is er leven in overvloed.
Het is niet te koop, nog voor geen goud. Het is er alleen, als mensen durven te delen, als ze zich durven toevertrouwen aan elkaar.
Het wonder ligt niet in de verzadiging, maar in het geloof in mededeelzaamheid. Leven in overvloed: het is een beeld van de nieuwe wereld. Er is genoeg voor iedereen. Er is zelfs over voor wie niets heeft. Het lijkt een toekomstdroom, een wonder, iets wat nog niet kan, zelfs niet tweeduizend jaar later.
En toch: het ideaal blijft. Het is de moeite waard om ons daarvoor te blijven inzetten. Want delen is leven.
Waar niet wordt gedeeld, is het geen leven, voor niemand. Daarom: deel en leef in overvloed. Ja dan, dan wordt het raadsel een wonder.

Zegen
Ook al heb je niet veel dat je kunt bijdragen aan het geluk van anderen,
ook al heb je maar vijf broden en twee vissen, je mag ze in mijn handen leggen – zegt God.
Ik wil ze zegenen en mijn kracht eraan geven, opdat jij ze kunt uitdelen aan iedereen die er nood aan heeft
en opdat je kunt ervaren dat het mensen gelukkig maakt.
Ik wil je er niet toe dwingen omdat het iets van jezelf moet zijn, maar als je je leven aan Mij durft toevertrouwen,
kan Ik er wonderen mee doen en de wereld zal er alleen maar mooier en kleurrijker door worden.
Moge wij de warmte van Gods liefde in ons hart bewaren en ook naar anderen uitstralen.
Daartoe zegene ons: + de Vader, Zoon en de H. Geest. Amen.


Vastenactie 2021

Zullen wij als San Salvator mensen in ontwikkelingslanden een handje helpen? Dat kan door een financiële bijdrage over te maken op rekeningnummer NL96 INGB 0006 0407 13 van ‘San Salvator in Beweging’ onder vermelding van Vasten 2021.
+++



Het lied Ik geloof van Jeroen van Merwijk is de rode draad tijdens onze vieringen in de veertigdagentijd.
U kunt het lied Ik geloof beluisteren kan via https://youtu.be/NepUdkEvpd8



Nog geen reacties

Reactie plaatsen