Geen ruimte meer – Goede Vrijdag

Voorbereiding Corrie Dansen, Maria van den Dungen & Franneke Hoeks

Lector Rinus van der Heijden

Samenzang   | Piano Joost Boekhoven

 

We komen in stilte binnen

Welkom

Naar hier gekomen op een vreemde dag. Een dag waarop ruimte ontbreekt. Gisteren nog rond de tafel met ruimte om te delen. Vandaag een dag waarop ruimte ver te zoeken lijkt.
Geen ruimte meer. Wordt het dan puur en alleen een kwestie van volhouden? Of mogen, durven we blijven hopen… ook als we geen ruimte meer ervaren.
De weg van volhouden tegen beter weten in, gaan we vandaag. Samen- Godzijdank.
We laten ons op onze weg inspireren door de staties van de kruisweg. We kijken naar beelden van de kruisweg van  Sjef Hutschemakers, we lezen uit de bijbel, horen poëzie en we zingen samen. Een waarin iedere ruimte tot leven ontbreekt. Dat gaan we hier niet uit de weg. Ook lijden, de pijn, de wanhoop – horen zonder dat we het goed willen praten- bij  het grote verhaal van het leven.
Als we geen ruimte ervaren ontbreken vaak de woorden. Laten we hier de stilte zoeken. In de stilte is ruimte voor onze onvolkomenheden.

Gebed
Eeuwige, wees bij ons op de momenten
dat er ruimte lijkt te ontbreken.
Houdt het uit met ons
als wij niet meer kunnen zien
niet meer kunnen horen.
Voedt ons vertrouwen dat jij er bent
en zijn zult, altijd en overal.
Neem ons aan
zoals we zijn
onvolkomen
mensen

Acclamatie neem mij aan zoals ik ben  3x

I Jezus wordt ter dood veroordeeld.
Jezus stond voor de landvoogd en die vroeg hem: ‘Bent u de koning van de Joden?’ ‘Zoals u zegt,’ antwoordde Jezus. Al de tijd dat de opperpriesters en de familiehoofden hem beschuldigden, zei Jezus niets. Pilatus vroeg: ‘Hoort u niet waarvan ze u allemaal beschuldigen?’ Maar Jezus gaf hem geen enkel antwoord en dat verbaasde de landvoogd zeer.
Toen gaf Pilatus het volk zijn zin: Barabbas liet hij vrij, maar Jezus liet hij geselen. Daarna gaf hij hem over aan de soldaten om hem te geselen en te kruisigen.

Stilte

II Jezus neemt zijn kruis op
De soldaten namen Jezus mee in het paleis van de landvoogd en haalden er de hele afdeling bij. Ze trokken zijn kleren uit en deden hem een donkerrode mantel om. Ze vlochten een krans van doorntakken en zetten die op zijn hoofd en in zijn rechterhand gaven ze hem een stok. Toen knielden ze voor hem neer en zeiden spottend: ‘Dag, koning van de Joden!’ En ze spuugden naar hem, trokken de stok uit zijn hand en sloegen hem ermee op zijn hoofd. Na deze bespotting deden ze hem de mantel af, trokken hem zijn kleren weer aan en leidden hem weg om hem te kruisigen

III Jezus valt voor de eerste keer
Je neemt je kruis op en valt.
Je gaat tegen de vlakte.
Je loopt tegen je eigen onvermogen aan.
En iedereen staat te kijken.

Lied De woorden die wij spraken tot elkaar

IV Jezus ontmoet zijn moeder Maria
Verbaasd merkte de moeder
dat zij een menigte werd.
Binnen enkele dagen was het
gebeurd, bleek zij uiteengevallen
in een waaier van vrouwen.
De weerloos-blije liep daar
van haar geheugen te genieten;
de verslagene, die snel op weg
wilde naar welke dood dan ook;
de trieste die er niets van begreep,
die alleen zachte vlindervleugels
tegen de wangen van het kind
zag slaan, onophoudelijk. Rond
het groepje stormde de furie,
pamfletten en woedende brieven
in de handen. Achteraanging
de wanhoops-moeder die al maanden
de kapper niet had gezien.
Hoe hen te hoeden, te zorgen dat elk
de voeten in dezelfde richting sleept?
Ons is iets overkomen, kan ze zeggen,
wij zijn de menigte die moeder heet.
En zij die in de verte aan het water
staat, en wenkt, is een van ons.
                            (Een menigte |  Anna Enquist)

V Simon van Cyrene helpt Jezus zijn kruis dragen
Buiten de stad kwamen ze een man tegen die uit Cyrene kwam ‑ Hij heette Simon – Hem dwongen ze de kruisbalk te dragen.

VI Veronica droogt het gezicht van Jezus
Wat kun je doen als je ziet hoe iemand de dood tegemoet gaat.
Wat, als het leven onder je handen wegglipt, alle deskundigheid en goede zorg ten spijt?
Je loopt niet weg, maar je doet wat je kan om het lijden te verlichten, om een goede dood
mogelijk te maken. Je kijkt niet weg, maar neemt het gelaat van de ander in je handen en koestert het.

VII Jezus valt voor de tweede keer
Weer.
Gevloerd.
Omdat je even niet oplette
of gewoon omdat je óp bent,
de kracht niet meer hebt.
Laat mij maar liggen, het is wel goed zo.
Waar haal je de kracht vandaan om op te staan?

VIII Jezus troost de vrouwen Maria
Een grote massa mensen volgde hem; er waren vrouwen bij die om hem treurden en rouwden. Maar Jezus draaide zich naar hen om: ‘Vrouwen van Jeruzalem! Huil niet om mij, huil liever om uzelf en uw kinderen. Want er komen dagen dat de mensen uitroepen: Gelukkig de vrouwen die geen kinderen kunnen krijgen, die nooit een kind ter wereld hebben gebracht, die nooit een kind aan de borst hebben gehad! In die tijd zal men tegen de bergen zeggen: Val op ons neer, en tegen de heuvels: Bedek ons. Want als ze zoiets met levend hout doen, wat zal dan met dood hout gebeuren?’
Lied Op mijn levenslange reizen

IX Jezus valt voor de derde maal
Je valt, omdat het leven je te veel wordt.
Je kunt niet meer.
Er lijkt geen ruimte meer.

X Jezus wordt ontkleed
Weerloos, kwetsbaar, niets te verbergen.
Mens ten voeten uit.
Maar ook: vernederd, beroofd, bedreigd, ontmenselijkt.
Naaktheid is dubbelzinnig,
is de nabijheid van de ander
maar ook de schaamteloosheid van de macht

XI Jezus wordt aan het kruis geslagen
Aangekomen bij de plek die ‘Schedel’ heet, sloegen ze hem aan het kruis, en ook de beide misdadigers de een rechts de ander links van hem. Ze verdeelden zijn kleren door er om te dobbelen. Het volk stond toe te kijken. De leiders maakten hem belachelijk: ‘Anderen heeft hij gered; laat hij nu zichzelf redden, als hij de Christus is die door God is uitverkoren!’ Ook de soldaten dreven de spot met hem; ze kwamen naar voren, boden hem landwijn aan en zeiden: ‘Red jezelf, als je de koning van de Joden bent.’ Boven hem hing een opschrift: ‘Dit is de koning van de Joden.’

XII Jezus sterft aan het kruis
Van twaalf uur tot drie uur ’s middags werd het over het hele land donker. Omstreeks drie uur schreeuwde Jezus luidkeels: ‘Eli, Eli, lama sabachtani?’ Dat betekent: ‘Mijn God, mijn God, waarom hebt u mij verlaten’? Een paar omstanders die het hoorden, zeiden: ‘Hij roept om de profeet Elia.’ Meteen ging één van hen een spons halen, doopte die in landwijn, stak hem op de punt van een stok en probeerde hem ervan te laten drinken.
Toen hij van die wijn gedronken had, zei hij: ‘Het is volbracht!’ Toen boog hij zijn hoofd en gaf de geest.

Stilte

XIII Jezus wordt van het kruis genomen
Daarna vroeg Jozef van Arimatea aan Pilatus of hij het lichaam van Jezus mocht weghalen. Hij was een volgeling van Jezus, maar in het geheim, omdat hij bang was voor de joodse overheden. Pilatus gaf zijn toestemming en Jozef haalde het lichaam af van het kruis.

XIV Jezus wordt in zijn graf gelegd
Ze namen dus het lichaam van Jezus mee en wikkelden het met de balsems in linnen doeken, want dat is bij de Joden de gewoonte als ze iemand gaan begraven. Vlak bij de plek waar Jezus was gekruisigd, lag een boomgaard, en in die boomgaard was een nieuw graf waarin nog niemand was bijgezet. Omdat het voor de Joden bijna sabbat was en het graf dichtbij, legden ze Jezus daarin neer.

Bloemenhulde

Geen ruimte meer
Levenloos
Niets

Wat dan?
Een bloem,

Een groet
als kleine daad van verzet
dat niet dood
het laatste woord heeft

Toen niet
nu niet.

Weg in Stilte

Nog geen reacties

Reactie plaatsen